toongenerators en microfoons

Lucía stelde deze vraag op 14 oktober 2021 om 13:35.

 Hoi,
Wij hebben een proef gedaan waarbij we de frequentie en afstand van de toppen van de sinus hebben gemeten. met een toongenerator en oscilloscoop. We hebben dit gedaan door de microfoons staan precies naast elkaar. We bewogen 1 microscoop naar de luidspreker toe en daarna ervan af. Toen verschoven we 1 microfoon zo ver weg van de bron dat de top van de sinus op het scherm precies verschoven is tot de volgende top van de sinus van het andere kanaal. Toen hebben we de afstand gemeten waarover we de microfoon verschoven hebben. Zo hadden we de frequentie en afstand top sinussen.
Mijn vraag is nu: Hoe kun je dit nauwkeuriger meten?
alvast  bedankt

Reacties

Theo de Klerk op 14 oktober 2021 om 13:44
Dat is prima gedaan. Nauwkeuriger meten zou vereisen een nauwkeuriger methode van verschuiven.

De verschoven afstand komt overeen met 1 golflengte (waaruit de frequentie kan worden bepaald als je de geluidssnelheid kent). Onderstaand is 1 microfoon weggelaten en diens signaal is wat de oscillator uitzendt. De overgebleven microfoon kun je verschuiven en het ontvangen geluid precies contra laten zijn met de bron (1/2 golflengte verschil - tegenfase) of laten samenwerken met de volgende golf (1 golflengte verschil - in fase)

Gert Kiers op 18 oktober 2021 om 09:52
De afleesnauwkeurigheid hangt vaak af van hoe groot je je afleesgebied kunt krijgen. Meestal geldt: hoe groter, hoe beter.

In onderstaand figuur staan twee signalen over elkaar heen gelegd (rood en groen; niet voor roodgroenkleurenblinden). In beide plaatjes zijn de signalen dezelfde, maar de tijdbasis (de horizontale positie) is voor beide anders.



Zou je in het bovenste plaatje een afleesonnauwkeurigheid (of "plaatsingsonnauwkeurigheid") van 0,1 vakje (div) hebben, dan is de afwijking in tijd 0,1 x 1 milliseconde = 0,1 milliseconde.

In de onderste figuur heb je dezelfde afleesonnauwkeurigheid, en dan is de afwijking
0,1 x 20 milliseconde = 2 milliseconde.  

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft eenentwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)