Dag Gilles,
Als het vliegtuig sneller begint te vliegen, voert het geen eenparige cirkelbeweging (ECB) meer uit. Eenparig wil hier zeggen dat de grootte van de snelheid constant is.
Als eerste stap lijkt het me nuttig als je twee tekeningen a en b maakt voor de situatie waarin de grootte van de snelheid wel constant is. Het vliegtuig is op de plaats 'drie uur op de klok', rechts van het middelpunt van de baan en volgt de cirkel tegen de wijzers van de klok in.
a. Een zij-aanzicht loodrecht op het vlak van de cirkel met de snelheid en de versnelling als pijlen getekend. De lengte van de pijlen is niet van belang.
b. Een zij-aanzicht loodrecht op het vlak van de cirkel met de krachten als pijlen:
• de zwaartekracht op het vliegtuig
• de door de motor ontwikkelde voortstuwende kracht in de vliegrichting
• de luchtweerstandskracht tegen de vliegrichting in
• de 'dragende kracht' van de lucht op het vliegtuig, die bij horizontaal vliegen zorgt dat het vliegtuig niet valt
Door welke van deze krachten wordt de centripetale kracht geleverd?
(Dit is een gerechtvaardigde vereenvoudiging van het krachtenspel.)
Daarna kun je de twee tekeningen aanpassen voor het geval dat het vliegtuig sneller gaat vliegen.
Groet, Jaap