Voorbeeldexamen 2 Vraag 5

Nacus stelde deze vraag op 16 mei 2024 om 15:14.

"Een kogel met massa 10g wordt naar beneden afgeschoten door een deugniet vanop de vijfde verdieping van een hoog gebouw. De kogel heeft een beginsnelheid gelijk aan 3m/s in  de horizontale richting en 1 m/s in de verticale richting. Indien de valversnelling g = 10m/s2 en indien we de luchtweerstand verwaarlozen, dan is de resulterende snelheid van de kogel na 0,3 s gelijk aan:  

a)2 m/s  

b)3 m/s  

c)4 m/s  

d)5 m/s"

Dus in x-richting heb je sowieso een ERB en is vx=3m/s

Bij de y richting dacht ik dat vy dan vy=1-gt->1-10.(0,3)=-2m/s

Vtot=wortel(13)

Maar dat staat niet bij de opties, zou iemand me verder kunnen helpen?

Alvast bedankt

 

Brenda Casteleyn, PhD www.keu6.be Page 10

Reacties

Jan van de Velde op 16 mei 2024 om 16:22

dag Nacus,

 

als je de versnelling in benedenwaartse richting negatief noemt (-10 m/s²)  dan moet je dat met de benedenwaartse beginsnelheid ook doen (-1 m/s) 

vy= vy0 +at = -1 + -10.(0,3) = -4m/s

Groet, Jan

 

Theo de Klerk op 16 mei 2024 om 16:39

ERB = eenparige rechtlijnige beweging?   Afkortingen voor algemeen publiek is niet zo handig: die zijn vaak onbekend buiten een kleine vakgroep. 

 

Er wordt gevraagd naar "de snelheid" ofwel v = √(vx2 + vy2) zoals je ook correct stelt.

Na 0,3 s is de snelheid vx = -3 m/s en vy = 1 - 9,81 x 0,3 = -1,94 m/s (als schuin omhoog wordt begonnen)  of vy = -1 - 9,81x 0,3 = -3,9 m/s (als schuin naar beneden wordt geschoten - wat aannemelijk lijkt uit de tekst).

Dan is v = √ (9 + 3,78) = 3,57  m/s (antwoord c, maar niet echt goed) of √(9+15,5) = 4,95.  Dat zou bijna met antwoord d overeenkomen.

 

Nacus op 19 mei 2024 om 14:28

Bedankt allebei! Snap het nu :)

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Roos heeft acht appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Roos nu over?

Antwoord: (vul een getal in)