Practicum idee: verband tussen 2 grootheden

Bo stelde deze vraag op 06 maart 2024 om 13:39.
Beste mensen,

Ik moet een eigenonderzoek doen voor natuurkunde. Waar je het verband tussen twee dingen laat zien. Dus bijv het verband tussen de temperatuur en weerstand. 

Hebben jullie ideeën?

Alvast bedankt

-Bo

Reacties

Jan van de Velde op 06 maart 2024 om 13:59

dag Bo,

heb je een BINAS, of een andere lijst met natuurkundeformules? 
Elke formule geeft minstens één en vaak meerdere ideeën 

Voor jouw idee is dat de formule RT = R0α·ΔT·R0  
met
R0 de weerstand bij een zekere begintemperatuur,
RT de weerstand bij de hogere of lagere temperatuur
ΔT de verandering van temperatuur
α de weerstands-temperatuurcoëfficiënt

Al die formules komen neer op van die verbanden als
Als ik A groter maak, wat gebeurt er dan met B ? 


Groet, Jan

Bo op 07 maart 2024 om 18:27
Hallo Jan,

Dankjewel voor het reageren, maar al mijn ideeën zijn niet op niveau (VWO 5) volgens mijn docent en het voorbeeld dat ik gaf kan ik ook niet gebruiken. Trouwens het verband moet ik laten zien door een practicum te doen.

Ik kan echt op geen enkel idee meer komen :(
Jaap op 07 maart 2024 om 22:11
Dag Bo,
Wellicht is een van de onderstaande ideeën bruikbaar?
Groet, Jaap

Viscositeit van glycerol
De viscositeit $\eta$ (stroperigheid) van de vloeistof glycerol hangt af van de temperatuur.
Koude glycerol is 'stroperiger' dan warme glycerol. Een klein voorwerp, bij voorbeeld een 'glasparel', zinkt sneller in warme dan in koude glycerol. Is de glasparel klein genoeg, dan treedt 'kruipende stroming' van glycerol om de glasparel op en geldt een formule voor de weerstandskracht, afhankelijk van de viscositeit van de glycerol.
De zinkende glasparel krijgt al snel een constante eindsnelheid v die je kunt meten. De zwaartekracht is dan even groot als de som van de weerstandskracht en de opwaartse kracht (wet van Archimedes) van de glycerol op de parel.
Onderzoek het verband tussen de viscositeit en de temperatuur van de glycerol.

Elektrische schakeling
Een condensator kan dienen als tijdelijke opslag van elektrische lading.
Hoe groter de 'capaciteit' C van de condensator, hoe meer lading erin wordt opgeslagen als er een elektrische spanning over de condensator staat. De waarde van C staat op de condensator.
Sluit een weerstand R in serie met een condensator C aan op een wisselspanningsbron waarvan de spanning een sinusvormig verloop in de tijd heeft: een sinusgenerator voor schoolpracticum. Meet met een oscilloscoop of een meetcomputer (bij vooorbeeld met het programma Coach) tegelijk de spanning Ubr van de spanningsbron en de spanning UC over de condensator. Ook UC blijkt een sinusvormig verloop in de tijd te hebben, zij het met een faseverschil ten opzichte van Ubr. Je kunt de amplitude van Ubr en UC meten.
De verhouding UC/Ubr hangt af van de grootte van R en C.
Onderzoek via metingen het verband tussen UC/Ubr en R. Stemt dit overeen met het theoretische verband?

Luchtweerstandskracht op een vallende kegel (1)
De luchtweerstandskracht op een vallende papieren kegel is Fw=k·v² met k is een constante en v is de valsnelheid. Een spitse kegel met een kleine tophoek heeft een betere stroomlijn en ondervindt minder luchtweerstand dan een stompe kegel, ceteris paribus.
Onderzoek het verband tussen de waarde van k en de grootte van de tophoek. Gebruik kegels die zo stomp zijn dat ze al snel een constante eindsnelheid bereiken: de terminale snelheid. Als de kegel 'zo te zien' de terminale snelheid heeft bereikt, bepaal de die snelheid uit gemeten Δh en Δt. Meet je ook de massa van de kegel, dan kun je k berekenen.

Luchtweerstandskracht op een vallende kegel (2)
Bij een zware, spitse papieren kegel is de terminale snelheid groter dan bij een lichte, stompe kegel. Zo'n zware en/of spitse kegel bereikt pas na tamelijk lang vallen. Soms lukt het niet om de terminale snelheid van zo'n een spitse kegel te meten, bij voorbeeld doordat je niet kunt zien of hij de terminale snelheid al heeft bereikt. Of doordat de metingenvan Δh en Δt praktisch niet goed uitvoerbaar zijn.
Ontwikkel een methode om dan toch de terminale snelheid te bepalen. Bij voorbeeld met behulp van een numeriek model van de valbeweging op de computer.
Onderzoek het verband tussen de terminale snelheid en de massa van een kegel. Gebruik zware en/of spitse kegels met dezelfde vorm en grootte.

Trillende liniaal
Als je uiteinde van een stalen liniaal vastklemt op de tafel, kun je het gedeelte dat voorbij de tafelrand uitsteekt, op en neer laten trillen. De trillingstijd hangt af van de lengte van het uitstekende deel en de dikte van de liniaal. De trilling kan zo snel zijn dat je haar niet 'op het oog' kunt volgen: hoe meet je dan toch de trillingstijd?
Onderzoek het verband tussen de trillingstijd en de lengte van het uitstekende deel. Of tussen de trillingstijd en de dikte van de liniaal (meer linialen op elkaar geplakt).

Fysische slinger
Een mathematische slinger is een ideaal: een puntmassa die heen en weer slingert aan een massaloos, rekvrij koord, zonder luchtweerstand. Binas geeft een formule voor de slingertijd als functie van de slingerlengte. Maar bij een wat grotere slinger-amplitude geldt de formule niet meer: een benadering in de afleiding van de formule ontspoort. Bovendien wordt de slingerbeweging aan een koord onregelmatig.
Een 'fysische slinger' is bij voorbeeld een lange, dunne lat die heen en weer kan slingeren om een as bovenaan. De slingerbeweging van een lat is stabieler dan met een koord. Voor een lat geldt een aangepaste formule voor het verband tussen de slingertijd T en de lengte L van de lat. Ook in dit geval geldt de formule alleen in goede benadering voor een kleine slinger-amplitude-hoek $\alpha$.
Laat de lat slingeren met een amplitude $\alpha=80º$  en meet T. Herhaal de meting bij steeds kleinere $\alpha$.
Wat is het verband tussen T en $\alpha$ volgens de metingen? Stemt dit verband overeen met het theoretische verband?

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft zeven appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)