dag Britt,

heb je die afbeelding voor ons? 

Groet, Jan

De opdracht luidt als volgt. Leg uit dat de fase van de punten G en O nul is.

dag Britt,

denk even terug naar het ogenblik dat dit touw op het punt stond te gaan trillen. 
Kun je dat schetsen?
en kun je dan ook dat touw ¹/₈ T later schetsen? 

Groet, Jan

Ik begrijp niet helemaal wat u bedoelt.

Hier komt weer het al oude probleem tevoorschijn van 3 soorten diagrammen die iets anders voorstellen maar als ware ze dezelfde worden bekeken.
1)  een  u,t diagram van een enkel punt en diens uitwijking u op elk tijdstip t: een sinusgolf
2)  een u,x diagram van vele punten die samen een gegolfde snaar vormen waarlangs een golf beweegt: een sinusgolf
3)  een u,x diagram van vele punten die samen een gegolfde snaar vormen waarop een staande golf staat: een sinusvorm

Dag Britt,
Boven vraag a staat in mijn exemplaar van het boek: 'De golven lopen naar rechts.'
Dat wil zeggen: de sinusfiguur schuift naar rechts.
Bij de verticale streeplijn van G schuift vanaf links golfberg naar rechts. (Dat is de berg die op het moment van deze 'flitsfoto' tussen C en G is.)
Punt G van het koord is dus bezig vanuit de evenwichtsstand omhoog te bewegen.
Daarom is de gereduceerde fase van G nul op het tijdstip van deze flitsfoto.
(Elk punt van het koord gaat niet naar rechts of links, maar alleen op en neer.)

Trouwens: deze figuur is in mijn papieren boek figuur nummer 50 bij opgave 38:
Newton 5 vwo ISBN 978 90 06 14865 7, tweede oplage 2021.
Wat zijn deze gegevens in jouw boek, Britt?
Groet, Jaap

 
In blauw het touw op tijdstip 0, vlak voordat het touw begon met trillen, alles staat nog stil.
Groene stippelijn datzelfde touw ¹/₈ trillingstijd later, A is voor het eerst naar boven aan het bewegen, B staat op het punt mee te gaan doen. 

Kun je nu verder denken, en een antwoord op je vraag beginnen formuleren? 

Groet, Jan

Ik begrijp niet helemaal waarom het figuur beweegt en hoe je dan weet dat g omhoog gaat.

Er staat "Figuur 3: Een lopende golf". De vorm beweegt zich dus voort. De tekst moet nog aangeven welke richting op, maar meestal is het van links naar rechts - zoals ook Jans drie tussenstanden aangeeft. Het nog-niet-bewegende punt beweegt van de eerste stippellijn links verder naar rechts tot het bij de 2e, 3e, ... stippellijn arriveert. De golf LOOPT en de uitwijkingen veranderen dus de hele tijd in een vloeiende beweging van links naar rechts.
Leg een stuk touw op tafel en geef aan een uiteinde een op-neergaande beweging. Ze ziet dan hoe die trilling wordt doorgegeven: er ontstaat een golf in het touw.
Speel eens met de applet op https://phet.colorado.edu/en/simulations/wave-on-a-string

 zie bijlage voor animatie gemaakt met deze applet.

De groene kraaltjes zou je punten A, B enz kunnen noemen. Je ziet, de punten trillen op en neer op hun plaats, de golf loopt erlangs (de punten geven de trilling aan hun buren door) 


groet, Jan

Ik zie inderdaad dat de golf positief en negatief door de oorsprong gaat, maar hoe moet ik dan weten welk moment ze bedoelen. De ene keer beweegt de golf namelijk omhoog en op het andere moment wel naar beneden.

Laat maar ik begrijp hem al, bedankt voor de hulp!