Dag Ron,
Ja, in beginsel ondervindt de ballon in hogere luchtlagen minder opwaartse kracht van de omringende lucht. Afhankelijk van de omstandigheden kan het ook anders uitpakken of kan de balans veranderen terwijl de ballon stijgt tot een zekere eindhoogte.
We zeggen liever: een voorwerp geheel of gedeeltelijk ondergedompeld in een vloeistof of gas ondervindt een opwaartse
kracht die gelijk is aan de
zwaartekracht op de verplaatste vloeistof respectievelijk het verplaatste gas.
Als een luchtballon opstijgt naar een hoogte van enkele kilometers, komt hij in lucht met een andere luchtdruk, temperatuur en luchtvochtigheid. Deze factoren beïnvloeden de dichtheid (density) van de lucht. Tot een hoogte van 10 km neemt de luchtdichtheid globaal gesproken af tot circa 35% van de dichtheid op zeeniveau, zie Wikipedia. Elke kubieke meter door de ballon verplaatse hoeveelheid lucht bevat dus minder massa aan lucht. Bovendien wordt de valversnelling wat kleiner. Te zamen leidt dit tot minder zwaartekracht op een kubieke meter verplaatste lucht en minder opwaartse kracht.
Bij sommige soorten ballonnen (meteorologie, astronomie, spionage) neemt het volume van de ballon echter toe door de daling van de atmosferische druk. Bij ballonnen die tot een hoogte van tientallen kilometers stijgen, wordt het volume een veelvoud van het volume aan de grond. De ballon verplaatst dan veel meer lucht, ten faveure van de opwaartse kracht.
Het volume van een gesloten ballon kan groter worden als men bij voorbeeld heliumgas toevoert. Gevolg: meer opwaartse kracht.
Een ballon die aan de onderzijde geopend is, kan gas verliezen en lichter worden. Gevolg: minder zwaartekracht op de ballon.
In de praktijk zal een ballon stijgen tot hij in een zodanige luchtlaag komt, dat de zwaartekracht op de ballon in evenwicht is met de opwaartse kracht.
Groet, Jaap
https://en.wikipedia.org/wiki/Density_of_air