welk lampje brandt?
lisa stelde deze vraag op 07 maart 2023 om 22:13.
op de vraag welk lampje brandt in deze tekening. is het waar dat we zeggen dat lampje B en C branden, maar dat in werkelijkheid dat lampje A en C branden als je dit proefje in het echt zou doen. want in werkelijkheid stroomt stroom toch van - naar + maar we zeggen van + naar -
alv bedankt
Reacties
Theo de Klerk
op
07 maart 2023 om 23:09
Stroom loopt van + naar - door de lampjes en de diodes.
Alleen de diode heeft een oneindige weerstand als de stroom vanuit de verkeerde kant er doorheen wil (dwz in het symbool tegen de vertikale streep aanloopt).
Dus door welke takken kan stroom lopen en door welke niet (vanwege de blokkerende diode)?
Stroom loopt van + naar -. Zo is dat afgesproken een paar eeuwen geleden. Alsof het positief geladen deeltjes zijn.
Vorige eeuw ontdekten we dat de elektrisch geladen deeltjes feitelijk elektronen zijn en negatief. Die lopen van - naar +.
Maar STROOM loopt van + naar -.
Elektronen lopen van - naar +
Diodes zijn getekend alsof er stroom loopt. Dus B en C zullen stroom doorlaten.
Alleen de diode heeft een oneindige weerstand als de stroom vanuit de verkeerde kant er doorheen wil (dwz in het symbool tegen de vertikale streep aanloopt).
Dus door welke takken kan stroom lopen en door welke niet (vanwege de blokkerende diode)?
Stroom loopt van + naar -. Zo is dat afgesproken een paar eeuwen geleden. Alsof het positief geladen deeltjes zijn.
Vorige eeuw ontdekten we dat de elektrisch geladen deeltjes feitelijk elektronen zijn en negatief. Die lopen van - naar +.
Maar STROOM loopt van + naar -.
Elektronen lopen van - naar +
Diodes zijn getekend alsof er stroom loopt. Dus B en C zullen stroom doorlaten.
lisa
op
11 maart 2023 om 11:41
maar als je dit in het echt doet branden A en C toch want de elektronen gaan van - naar +. en we zeggen alleen dat stroom van + naar - gaat. want de elektronen die van - naar + gaan nemen toch de spanning mee
Theo de Klerk
op
11 maart 2023 om 12:23
Elektronen nemen geen spanning mee. Spanning is een elektrisch begrip voor hoeveel energie een geladen deeltje bij die spanning kan hebben (E = qU).
Je blijft maar kijken naar elektronen en die gaan in de figuur door de vertikale balk heen, tegen de pijl van de diode in. Want die pijl geeft een beweging van stroom (positief geladen deeltjes) aan.
Of negatieve deeltjes naar links of positieve deeltjes naar rechts bewegen is hetzelfde - alleen vanuit een ander standpunt gezien.
Je blijft maar kijken naar elektronen en die gaan in de figuur door de vertikale balk heen, tegen de pijl van de diode in. Want die pijl geeft een beweging van stroom (positief geladen deeltjes) aan.
Of negatieve deeltjes naar links of positieve deeltjes naar rechts bewegen is hetzelfde - alleen vanuit een ander standpunt gezien.

lisa
op
11 maart 2023 om 13:16
zijn er in een schakelingen deeltjes (elketronen) die van - naar + gaan en er zijn ook deeltjes, die positief zijn (stroom), die van + naar - gaan?
Jaap
op
11 maart 2023 om 13:27
Dag Lisa,
• Ja, er zijn negatief geladen deeltjes die van de minppool van de spanningsbron door de schakeling naar de pluspool gaan. Dat zijn de 'vrije elektronen': de elektronen die niet vast zitten aan een koper-ion in de stroomdraad. Een koper-ion is een koperatoom dat een of meer elektronen heeft losgelaten.
• Nee, er zijn geen positief geladen deeltjes die van de pluspool door de schakeling naar de minpool gaan. Er zijn wel positief geladen deeltjes (de koper- ionen), maar die zitten vast op hun plek in de draad en kunnen niet bewegen.
• De tekening van een diode met de 'stopstreep' en de 'ga-maar-door-pijl' is gemaakt voor de afspraak dat we bij de 'elektrische stroom' doen alsof er positieve deeltjes bewegen. Maar die positieve deeltjes bewegen niet echt.
Groet, Jaap
• Ja, er zijn negatief geladen deeltjes die van de minppool van de spanningsbron door de schakeling naar de pluspool gaan. Dat zijn de 'vrije elektronen': de elektronen die niet vast zitten aan een koper-ion in de stroomdraad. Een koper-ion is een koperatoom dat een of meer elektronen heeft losgelaten.
• Nee, er zijn geen positief geladen deeltjes die van de pluspool door de schakeling naar de minpool gaan. Er zijn wel positief geladen deeltjes (de koper- ionen), maar die zitten vast op hun plek in de draad en kunnen niet bewegen.
• De tekening van een diode met de 'stopstreep' en de 'ga-maar-door-pijl' is gemaakt voor de afspraak dat we bij de 'elektrische stroom' doen alsof er positieve deeltjes bewegen. Maar die positieve deeltjes bewegen niet echt.
Groet, Jaap
Theo de Klerk
op
11 maart 2023 om 13:30
Volgens mij ben je helemaal in de war.
Negatief geladen deeltjes (en dus elektronen) gaan altijd van - naar + want worden door positieve ladingen aangetrokken
Positief geladen deeltjes doen het net andersom: altijd van + naar - omdat ze door negatieve ladingen worden aangetrokken.
Een + pool van een bron is een aanduiding dat daar te weinig elektronen (=relatief hetzelfde als teveel positieve ladingen) zitten. Een - pool heeft te veel elektronen (of te weinig positieve lading)
In een stroomkring zijn geen positief geladen deeltjes. Het zijn de elektronen die rond gaan.
Maar rond 1800 toen men elektriciteit ontdekte en begreep dat er "iets" was dat stroomde, heeft men gezegd (zonder te weten wat het dan was) "het zijn positief geladen deeltjes die rondgaan". Dat is dus de "stroom" zoals we die vanaf 1800 kennen.
Rond 1900 ontdekten we dat het geen positief geladen deeltjes waren maar negatief geladen elektronen die feitelijk de stroom vormden (maar wel de andere kant opgingen). Probleem: al meer dan 100 jaar schreven alle boeken over positief geladen deeltjes die als stroom rondliepen en nu blijken het negatief geladen deeltjes te zijn. Men had kunnen besluiten dat voortaan stroom de elektronenbeweging is. Maar dan lagen misverstanden bij het lezen van oudere boeken wel erg voor de hand. En feitelijk bedacht men maakt het ook niets uit voor de werking die we van stroom waarnemen. We dachten dat het positief geladen deeltjes waren. Maar als negatief geladen deeltjes zich links ophopen dan blijft rechts een tekort over: dat is dan positief geladen. Dat geldt bij rondstromen dan ook: elektronen zijn de echte deeltjes die naar links bewegen. Dat lijkt hetzelfde als positieve (niet bestaande) deeltjes die naar rechts bewegen.
Goedkoopste en efficientste oplossing: we houden de stroom zoals we die ooit in 1800 definieerden als beweging van positief geladen deeltjes. (en weten in het achterhoofd dat in werkelijkheid het elektronen zijn die de andere kant op gaan).
Iedereen die ook met schakelingen werkt denkt in termen van positief geladen deeltjes als stroom. Ze denken niet eens aan elektronen.
Negatief geladen deeltjes (en dus elektronen) gaan altijd van - naar + want worden door positieve ladingen aangetrokken
Positief geladen deeltjes doen het net andersom: altijd van + naar - omdat ze door negatieve ladingen worden aangetrokken.
Een + pool van een bron is een aanduiding dat daar te weinig elektronen (=relatief hetzelfde als teveel positieve ladingen) zitten. Een - pool heeft te veel elektronen (of te weinig positieve lading)
In een stroomkring zijn geen positief geladen deeltjes. Het zijn de elektronen die rond gaan.
Maar rond 1800 toen men elektriciteit ontdekte en begreep dat er "iets" was dat stroomde, heeft men gezegd (zonder te weten wat het dan was) "het zijn positief geladen deeltjes die rondgaan". Dat is dus de "stroom" zoals we die vanaf 1800 kennen.
Rond 1900 ontdekten we dat het geen positief geladen deeltjes waren maar negatief geladen elektronen die feitelijk de stroom vormden (maar wel de andere kant opgingen). Probleem: al meer dan 100 jaar schreven alle boeken over positief geladen deeltjes die als stroom rondliepen en nu blijken het negatief geladen deeltjes te zijn. Men had kunnen besluiten dat voortaan stroom de elektronenbeweging is. Maar dan lagen misverstanden bij het lezen van oudere boeken wel erg voor de hand. En feitelijk bedacht men maakt het ook niets uit voor de werking die we van stroom waarnemen. We dachten dat het positief geladen deeltjes waren. Maar als negatief geladen deeltjes zich links ophopen dan blijft rechts een tekort over: dat is dan positief geladen. Dat geldt bij rondstromen dan ook: elektronen zijn de echte deeltjes die naar links bewegen. Dat lijkt hetzelfde als positieve (niet bestaande) deeltjes die naar rechts bewegen.
Goedkoopste en efficientste oplossing: we houden de stroom zoals we die ooit in 1800 definieerden als beweging van positief geladen deeltjes. (en weten in het achterhoofd dat in werkelijkheid het elektronen zijn die de andere kant op gaan).
Iedereen die ook met schakelingen werkt denkt in termen van positief geladen deeltjes als stroom. Ze denken niet eens aan elektronen.
lisa
op
11 maart 2023 om 14:37
bedankt nu is het duidelijker. maar ik heb nog een vraag.
bij de eerste tekening zeggen we dus dat B en C branden omdat we zeggen dat stroom van + naar - gaat. maar als je deze proef in het echt doet branden B en C dan ook of branden A en C want feitelijk gaan de elektronen van - naar +
bij de eerste tekening zeggen we dus dat B en C branden omdat we zeggen dat stroom van + naar - gaat. maar als je deze proef in het echt doet branden B en C dan ook of branden A en C want feitelijk gaan de elektronen van - naar +
Theo de Klerk
op
11 maart 2023 om 14:49
Volgens mij is je nog niks duidelijk want je vraagt steeds hetzelfde. BC branden.
Wat die elektronen doen is niet van belang.
Wat die elektronen doen is niet van belang.
lisa
op
11 maart 2023 om 14:53
dus BC brandt ook als je deze proef in het echt doet
Theo de Klerk
op
11 maart 2023 om 15:35
Ik zou zeggen: probeer het eens
Jan van de Velde
op
11 maart 2023 om 17:43
Dag Lisa,
juist om verwarring te voorkomen maken we afspraken. Jij lijkt door de afspraken in de war te raken :(
Negatief geladen deeltjes kunnen stromen van min naar plus.
Positief geladen deeltjes kunnen stromen van plus naar min.
In een bakje water met opgelost zout, waarin je twee elektroden hangt, gebeurt dat zelfs gelijktijdig. Na+ ionen de ene kant op, Cl- ionen de andere kant op
Maar in de elektrotechniek kijken we niet naar wàt er stroomt. We spreken af: als we het over stroomrichting hebben dan denken we niet eens aan wat er stroomt, we doen altijd net alsof er positieve deeltjes stromen, van plus naar min dus. Zien we elektronen naar recht stromen, dan zeggen we dat de stroomrichting naar links is.
Daarop zijn alle verdere afspraken, en ook de aanduidingen op elektrotechnische onderdelen zoals diodes, transistoren, enz, gebaseerd.
En dat is eigenlijk voor het gemak. Want anders moeten we een dubbele set rekenformules en symbolen voor elektrotechniek gaan maken, ééntje voor als er positieve deeltjes stromen, eentje voor als er negatieve deeltjes stromen.
Als die van-plus-naar-min-afspraak-stroomrichting dezelfde kant op wijst als de pijl in het diodesymbool dan laat de diode door. Dat er in werkelijkheid elektronen precies de andere kant op stromen doet niet ter zake. De richting waarin elektronen stromen is niet de definitie van "stroomrichting".
Dus doe altijd net alsof er denkbeeldige positieve deeltjes stromen: dan past alles, dan werkt alles, en dan kloppen alle sommetjes.
Groet, Jan.
juist om verwarring te voorkomen maken we afspraken. Jij lijkt door de afspraken in de war te raken :(
Negatief geladen deeltjes kunnen stromen van min naar plus.
Positief geladen deeltjes kunnen stromen van plus naar min.
In een bakje water met opgelost zout, waarin je twee elektroden hangt, gebeurt dat zelfs gelijktijdig. Na+ ionen de ene kant op, Cl- ionen de andere kant op
Maar in de elektrotechniek kijken we niet naar wàt er stroomt. We spreken af: als we het over stroomrichting hebben dan denken we niet eens aan wat er stroomt, we doen altijd net alsof er positieve deeltjes stromen, van plus naar min dus. Zien we elektronen naar recht stromen, dan zeggen we dat de stroomrichting naar links is.
Daarop zijn alle verdere afspraken, en ook de aanduidingen op elektrotechnische onderdelen zoals diodes, transistoren, enz, gebaseerd.
En dat is eigenlijk voor het gemak. Want anders moeten we een dubbele set rekenformules en symbolen voor elektrotechniek gaan maken, ééntje voor als er positieve deeltjes stromen, eentje voor als er negatieve deeltjes stromen.
Als die van-plus-naar-min-afspraak-stroomrichting dezelfde kant op wijst als de pijl in het diodesymbool dan laat de diode door. Dat er in werkelijkheid elektronen precies de andere kant op stromen doet niet ter zake. De richting waarin elektronen stromen is niet de definitie van "stroomrichting".
Dus doe altijd net alsof er denkbeeldige positieve deeltjes stromen: dan past alles, dan werkt alles, en dan kloppen alle sommetjes.
Groet, Jan.