Hallo natuurkundigen,
Ik heb een vraagje over meten van bewegingen. In mijn boek wordt er een vraag gesteld:
''In de volgende 3 situaties is het nodig de verplaatsing te bepalen in een bepaalde tijd:"
1. Een sprinkhaan die springt
2. Een hardloper op de 100 m
3. Een auto op de snelweg
Hierbij moet ik bepalen welke van de 5 meet methodes het beste is om te gebruiken (stroboscopische foto, videometen, tijdtikker, lichtpoortjes, ultrasone afstandsmeter)
de meeste zijn best logisch, maar bij de hardloper staat in het antwoorden lichtpoortje fout, maar ultrasone meter juist goed. Dus hoe kan ik bij de toets een selectie maken van meet methodes. Het is een beetje lastig, want in sommige gevallen lijkt het alsof je de meeste gewoon wel kan gebruiken, maar toch blijkt het niet handig te zijn.
Gr,
Isaac