Optrekken (3e Wet van Newton)

Sem stelde deze vraag op 30 augustus 2021 om 10:53.

"Wanneer Pieter Duitsland in rijdt trekt hij op, wordt hij in zijn stoel gedrukt.
gegevens etc etc... Bereken de grootte van deze kracht"

Ik begreep deze opdracht alleen begon ik te denken waarom wordt je in de stoel gedrukt als je gaat optrekken want er is geen tegenwerkende luchtkracht in de auto door je raam maar wat is deze reden dan?


Reacties

Theo de Klerk op 30 augustus 2021 om 11:55
Duitsland lijkt een wat overbodig gegeven (buiten dat daar geen maximum snelheidslimiet geldt). Als je optrekt ga je sneller: versnelling. Bij een versnelling hoort een kracht die de versnelling veroorzaakt: F=ma  . Kun je nu beredeneren waarom je bij een versnelling in de rugleuning van een stoel gedrukt wordt? Hoeveel massa heeft Pieter, hoe groot is de versnelling?

Bij luchtweerstand (open cabriolet) is er nog een extra kracht die je in de stoel duwt: de wind (uiting van luchtweerstand)
Jan van de Velde op 30 augustus 2021 om 12:09

Sem

 waarom wordt je in de stoel gedrukt als je gaat optrekken 

 Dat gebeurt ook niet. 't Is net andersom, de stoel wordt in je rug gedrukt. 

Groet, Jan

Sem op 30 augustus 2021 om 13:02
Sem op 30 augustus 2021 om 13:04
Is het dan zo

de auto versnelt die dus de stoel ook en die oefent de groene kracht op jou uit
de reactie kracht is dan dat jij een kracht uitoefent op de stoel (blauw)
Theo de Klerk op 30 augustus 2021 om 13:26
Er is inderdaad een 3e Wet van Newton krachtenpaar. De stoel wil vooruit en duwt jou. Je lichaam wil niet bewegen (traagheid) maar moet wel en oefent een tegengestelde kracht uit op de stoel.
Beide krachten zijn er gelijktijdig, dus het veel gebruikte "actie = reactie" is wat misplaatst als benaming omdat de ene niet de reactie op de andere kracht is (of omgekeerd). Ze zijn er beide gelijktijdig. Als actie/reactie maar ook als reactie/actie paar.

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft tien appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)