snelheid in een bocht

Jane stelde deze vraag op 19 juli 2021 om 14:22.

Zal iemand me kunnen helpen bij de volgende vraag - graag berekening erbij -
Een auto met een massa van 900 kg die met een snelheid van 72 km/u op een horizontale rechte weg rijdt, remt consequent 3 seconden voor een vlakke bocht af, zodat hij veilig kan rijden. Je wilt de afstand van het begin van de vertraging tot de bocht weten, hoeveel? De kookstand heeft een krommingsstraal van 150 m, en de wrijving tussen de banden op de weg in de radiale kromming is 600 N. 

Reacties

Jan van de Velde op 19 juli 2021 om 15:10
Dag Jane,

hier missen gegevens, maar je zou wel al eens kunnen beginnen te berekenen wat de maximale snelheid in die bocht is: die 600 N is daarbij de maximale centripetale kracht, massa en straal zijn gegeven, snelheid is dus te berekenen.

Deze weg is trouwens onrealistisch glad. Op een normaal wegdek met normale rubberen banden is het tienvoudige van die gegeven wrijvingskracht makkelijk haalbaar.

Groet, Jan
Jan van de Velde op 19 juli 2021 om 23:34

(foto van google earth pro)

Het was even zoeken naar een mij goed bekende bocht met ongeveer die kromtestraal, maar die vond ik bij Antwerpen Linkeroever (de bocht bestaat intussen niet meer, ze zijn daar druk aan het verbouwen).

Daar ging je in een doodgewone burgerauto met 90 km/h (25 m/s) nog zonder enig probleem door. De centripetale kracht op mijn 1200 kg Opel Astra is daarbij ongeveer 5000 N, pijnloos geleverd door de wrijving tussen de banden en het wegdek. 
Jaap op 25 maart 2022 om 14:24
Dag Jane,
U schrijft: 'De kookstand heeft een krommingsstraal van 150 m'. Onwetend wat een kookstand is, ga ik ervan uit dat de bocht een kromtestraal r=150 m heeft.
De beginsnelheid is v1=72 km/u=20 m/s.
In de bocht moet op de auto een middelpuntzoekende kracht Fmpz werken. Die wordt op een horizontaal wegdek geleverd door (een component van) een schuifwrijvingskracht van maximaal 600 N. Voor de maximale snelheid in de bocht geldt
Fmpz=m·v2²/r → 600=900·v2²/150 → v2=10 m/s
De gemiddelde snelheid tijdens het afremmen tot aan de bocht is vgem=(v1+v2)/2=15 m/s.
De afstand van het begin van de vertraging tot de bocht moet ten minste s=vgem·Δt=15·3=45 m zijn.
Vanwege de door Jan gesignaleerde gladheid (ijzel? olie?) is voorzichtigheid geboden.
Groet, Jaap

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Ariane heeft twintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Ariane nu over?

Antwoord: (vul een getal in)