dag Scholier,

water heeft geen Cw-waarde. Wel staat in de formule voor lucht/waterweerstand een factor Cw waarin de vorm van het voorwerp verwerkt zit**, zeg maar een factor voor het gemak of moeite waarmee een fluïdum (gas, vloeistof) rond een voorwerp kan stromen. Noem het een stroomlijnfactor. Hoe lager de Cw-waarde, hoe beter de stroomlijn.

Die factoren "bedenken" we niet. Die bepalen we empirisch. 
En die hangt er in het geval van die cilinder uiteraard ook nog eens van af of die cilinder met zijn grondvlak (staand dus) naar beneden valt, of liggend. 

zie hier voor een overzicht van Cw-waarden voor verschillende vaak voorkomende vormen van  voorwerpen:
https://en.wikipedia.org/wiki/Drag_coefficient

Beetje raar trouwens om een houten cilinder in water te laten vallen en dan om Cw-waarden gaan vragen. Opwaartse kracht van het water gaat een veel grotere invloed hebben dan de stroomlijn van het blok.

Groet, Jan

**en nog andere zaken als eigenschappen van de vloeistof en of die turbulent of laminair langs het voorwerp stroomt etc, maar dat speelt in het voortgezet onderwijs nog geen rol voorzover ik weet.

Is dit weer een variatie op https://www.natuurkunde.nl/vraagbaak/77511 ?

Dag, ik moet inderdaad ook iets met de opwaartse kracht doen (dat heb ik in een andere vraag verwerkt) maar ik moet met de formule van de luchtweerstand de weerstand van wanneer het blok in het water valt bepalen, en daar heb ik een logische Cw-waarde voor nodig voor de formule.

Ja, klopt. Ik heb nu alle gegevens voor de weerstand van wanneer het blok in het water valt, maar het enige wat ik nog mis is de Cw-waarde en daardoor kom ik niet verder.

 zie wikipedia , waarheen ik hierboven verwees.
Even rustig nadenken over de symboliek van die afbeeldingen in die tabelletjes, wat is een bol, wat is een cilinder, en ook welke stroomrichting (valt je cilinder liggend of staand).