Renee
stelde deze vraag op
10 maart 2021 om 14:53.
Hallo, Ik zit in VWO5 en heb een practicum over de Lorentzkracht. Een onderdeel van het practicum gaat over het bepalen van de magnetische inductie m.b.v. een grafiek waarin de stroomsterkte en de Lorentzkracht tegen elkaar uitgezet zijn. Dit is hoe het beschreven staat in de opdracht:
'Bepaal m.b.v dit diagram de grootte van de magnetische inductie ( B ) van de magneet. Leg duidelijk uit hoe en waarom dit een juiste bepaling is.'
Weet iemand hoe de magnetische inductie bepaald worden kan door een diagram waarin de stroomsterkte en de Lorentzkracht tegen elkaar uitgezet zijn? Het diagram geeft een evenredig verband.
Vriendelijke groet!
Reacties
Theo de Klerk
op
10 maart 2021 om 15:33
Bekend verondersteld wordt de formule voor de lorentzkracht: FL = Bqv (bewegende lading) = BIL (stroom door een draad) In beide gevallen moet snelheid of draadrichting loodrecht op het veld staan - anders neemt de kracht af met een factor sin α waarin α de hoek is (sin 90 = 1). Je ziet dat F ∝ I en feitelijk (met y = mx als lineaire vergelijking) F = (BL) I De helling m (= tan F/I) kun je meten. Dat getal is dan gelijk aan m = BL . Met bekende lengte L is B dan te berekenen.
Renate
op
10 maart 2021 om 15:36
Bedankt voor uw reactie. Wij hebben alleen geen bekende lengte.
Wij dachten eraan de lengte weg te laten en de Lorentzkracht te delen door de stroomsterkte. De lengte wilden we weglaten omdat de lengte van het stroomdraad gelijk blijft in alle situaties. Klopt dit?
Theo de Klerk
op
10 maart 2021 om 15:42
De lengte zal wel een constant bedrag zijn, maar het verbaast me telkens weer dat als iets niet bekend is het dan maar gewoon "wordt weggelaten". Alsof je bij een huis de fundering gewoon weglaat want onbekend...
