Hallo,
Ik heb een practicum uitgevoerd, waarbij ik een thermometer in een aluminium cilinder heb geplaatst. (zat een boring aan de bovenzijde) Deze aluminium cilinder is op een kunststof plaatje bevestigd. Onderaan in de cilinder is een weerstand van 4,7 Ohm aangebracht. De cilinder hebben we aangesloten op een spanningsbron en deze cilinder hebben we gedurende 5 min. verwarmt. Ik heb elke halve minuut de temperatuur gemeten. Na 5 min heb ik de spanningsbron uitgezet en ben ik de temperatuur nog steeds iedere halve minuut blijven meten.
vraag 1: welke grootheden heb ik nodig voor de bepaling van de soortelijke wamrte van aluminium?
Vraag 2: Tijdens het opwarmen is de temperatuur in ieder punt van de cilinder gelijk. (juist of onjuist)
vraag 3: Het duurt even voordat de warmte, ontwikkeld in de weerstand, zich over de cilinder heeft verspreid. (juist of onjuist)
Vraag 4: De toegevoegde energie wordt ook na het uitschakelen van de stroom nog in warmte omgezet. (juist of onjuist)
Vraag 5: De temperatuur van de weerstand is gedurende de stroomdoorgang hoger dan de temperatuur van de thermometervloeistof. (juist of onjuist)