Nog eentje?  (Zie https://www.natuurkunde.nl/vraagbaak/76373) 
Maar een schommel werkt aan een slinger (valt tegenwoordig buiten de syllabus van te kennen onderwerpen).  
BiNaS geeft een formule voor de eigenfrequentie/periode:  T = 2π√(L/g)

hallo Theo,
Dankjewel voor je antwoord. Moet ik niet de formule voor de fysische slinger gebruiken, aangezien ik een schommel gebruik waarop een kind van 40 kg gaat schommelen? of is dat niet relevant voor de eigenfrequentie van de schommel?

Dag Tessa,

die is altijd beter, zolang je tenminste dan de massaverdeling van dat kind ten opzichte van het ophangpunt goed kunt inschatten. Dat wordt nog een heel gepuzzel.

Groet, Jan

Zit in de ideale, mathematische, slinger een factor voor de massa m die ermee slingert?

De fysische slinger is iets minder ideaal en meer realistisch (met nog steeds veel aannamen)  maar daar zit wel de slingerende massa in aannemend dat de slinger niet massaloos is. Uiteindelijk kan toch een trillingstijd afhankelijk van lengte en g worden gegeven en onafhankelijk blijft van wie op de slinger zit (ook dat is een benadering want die massa van het kind is ook langs de slinger verspreid).
Aardig om eens te kijken hoe en wanneer de fysische slinger gaat afwijken in trillingstijden van de mathematische ideale slinger.

https://nl.wikipedia.org/wiki/Slinger_(natuurkunde)