dag Paul,

 het is inderdaad niet ingewikkeld, maar de spankracht is in dit geval niet te vinden in F_T , maar juist in F_AB en F_BC. Dáár zit dat ophangkoord hè. 
die moeten samen vectorieel gezien die 160 N naar beneden (in jouw tekening) opleveren. Gezien de hoek zal de spankracht aanmerkelijk groter blijken dan 160 N .

netter teken je dat zó :



Groet, jan

Oke, goed punt... 
En hoe nu verder dan? Want in dat geval zou ik verwachten dat het 80N/sin15 * 2 zijden is maar dan kom ik op een nogal groot getal uit. Zou je me nog iets verder op weg kunnen helpen? Alvast dank!

Groet Paul

dat 80/sin(15^o)  is correct, maar dat *2 niet. 
Dat is het intuïtief vreemde aan spankracht, die trekt twee kanten op, overal in dat koord. Even wennen.

Neem een touw, knoop er een veerunster aan, daaronder weer een touw. Feitelijk heb je nu één touw met ingebouwde krachtmeter.

Jij weet best dat als je dan dat touw aan een muur bindt en er aan trekt met 100 N, die veerunster dan 100 N zal aangeven. 
Maar maak het nou eens los van de muur en laat een kameraad er aan de andere kant ook met 100 N aan trekken? Naar beide zijden een duidelijk zichtbare kracht van 100 N, maar nog steeds zal die veerunster maar 100 N aangeven. Wat je bij die muur over het hoofd zag is dat die óók trekt. 

Spankracht  voor dat schilderijkoord dus ruim 300 N.

Top, bedankt! Helder verhaal, nu snap ik het inderdaad. 

Groet Paul

Die horizontale componenten zijn er óók hoor. Forse zelfs. Vraag dat maar eens aan die spijkertjes A en C aan weerszijden in die lijst van dat schilderij :) 

groet, Jan