Elektrische energie spaarlamp
Kyar stelde deze vraag op 31 augustus 2020 om 17:25.Hoi,
Ik snap deze vraag niet. Als iemand mij hiermee zou willen helpen zou dit mij enorm erg helpen:
Een bepaalde spaarlamp gebruikt in 1,0 uur 30 kJ elektrische energie.
a) Bereken het vermogen van de spaarlamp ( ik dacht iets met p= e : t, maar kom er niet uit).
b) Hoeveel elektrische energie (in kWH) gebruikt de spaarlamp in 2,0 uur?
c) In hoeveel tijd zal de lamp 0,30 MJ elektrische energie omzetten.
Bij deze vragen kom ik niet uit. Weet iemand misschien ook hoe je het jaargebruik van een lamp kunt berekenen?
Super bedankt !!!!!
Mvg
Reacties
Theo de Klerk
op
31 augustus 2020 om 17:39
a) P = E/t dus ja: 30 kJ energie in 60x60 seconden levert... zoveel W (=J/s)
b) kWh (geen KWH) is 1000 watt gedurende een uur. Je kunt ook in BiNas opzoeken hoeveel J overeenkomt met 1 kWh. En dan even uitrekenen
c) De lamp gebruikt 0,30 MJ in een tijd die gelijk is aan t = E/P
b) kWh (geen KWH) is 1000 watt gedurende een uur. Je kunt ook in BiNas opzoeken hoeveel J overeenkomt met 1 kWh. En dan even uitrekenen
c) De lamp gebruikt 0,30 MJ in een tijd die gelijk is aan t = E/P
Jan van de Velde
op
31 augustus 2020 om 17:42
Kyar plaatste:
( ik dacht iets met p= e : t, maar kom er niet uit).
t= 1 h
E= 30 kJ
P = ??
P= E : t = ......
Alleen in de gaten houden welke eenheden je gebruikt. Vóórdat je invult omrekenen naar standaardeenheden zoals seconde en joule, en dan pas komt er ook de standaardeenheid watt uit je sommetje rollen.
Ook: houd in de gaten hoe je je grootheden en eenheden afkort: kleine p is druk, kleine e ook van alles behalve energie.
Groet, Jan
Kyar
op
31 augustus 2020 om 21:28
Oeps ik had dit een tijdje geleden gestuurd, maar het is blijkbaar niet verstuurd dus hierbij..
Ik zit nogsteeds te puzzelen met deze vragen
Bij a kom ik wel uit namelijk 8,33. Maar bij b en c loop ik wel vast. Bij b wil ik p = 30 kJ in watt hebben, want de eenheid van vermogen is watt of j/s. Ik weet niet hoe ik van 30 kJ daarbij moet komen (welke berekening).
C is ook een pittige, ik weet alleen dat ik 't = e / p moet doen.. Hoe moet ik verder?
Bedankt.
Mvg
Ik zit nogsteeds te puzzelen met deze vragen
Bij a kom ik wel uit namelijk 8,33. Maar bij b en c loop ik wel vast. Bij b wil ik p = 30 kJ in watt hebben, want de eenheid van vermogen is watt of j/s. Ik weet niet hoe ik van 30 kJ daarbij moet komen (welke berekening).
C is ook een pittige, ik weet alleen dat ik 't = e / p moet doen.. Hoe moet ik verder?
Bedankt.
Mvg
Theo de Klerk
op
31 augustus 2020 om 21:44
>Bij b wil ik p = 30 kJ in watt hebben, want de eenheid van vermogen is watt of j/s.
Hier vraag je een kist appelen in peren te willen hebben. Dat gaat niet.
30 MJ is een energie (J) geen vermogen (J/s). Als je kunt uitrekenen hoeveel energie elke seconde wordt gebruikt, dan heb je een vermogen berekend, in J/s.
Of, als je het vermogen kent, dan weet je hoeveel energie elke seconde wordt gebruikt en dus ook hoeveel seconden je nodig hebt om X J aan energie te gebruiken.
Het lijkt allemaal een beetje op snelheidsmechanica:
afgelegde weg = snelheid x tijd (energie = vermogen x tijd)
snelheid = afgelegde weg / tijd (vermogen = energie / tijd)
verlopen tijd = afgelegde weg/snelheid (tijd = energie / vermogen)
Dus...
vermogen = ... J/s (= ... W)
30 MJ wordt gebruikt in ... s
Hier vraag je een kist appelen in peren te willen hebben. Dat gaat niet.
30 MJ is een energie (J) geen vermogen (J/s). Als je kunt uitrekenen hoeveel energie elke seconde wordt gebruikt, dan heb je een vermogen berekend, in J/s.
Of, als je het vermogen kent, dan weet je hoeveel energie elke seconde wordt gebruikt en dus ook hoeveel seconden je nodig hebt om X J aan energie te gebruiken.
Het lijkt allemaal een beetje op snelheidsmechanica:
afgelegde weg = snelheid x tijd (energie = vermogen x tijd)
snelheid = afgelegde weg / tijd (vermogen = energie / tijd)
verlopen tijd = afgelegde weg/snelheid (tijd = energie / vermogen)
Dus...
vermogen = ... J/s (= ... W)
30 MJ wordt gebruikt in ... s
Jan van de Velde
op
31 augustus 2020 om 21:57
Kyar plaatste:
Bij a kom ik wel uit namelijk 8,33.Aan mijn eigen leerlingen vraag ik in zo'n geval altijd of het om 8,33 flapdrollen gaat?
Bij vrijwel elk getal hoort een eenheid. Wen je aan die eenheid er altijd bij te vermelden. Zonder dat soort structuur is wordt elke natuurkundige berekening een strijd. Als ik je vraagstellingen lees lijk je al een eindje in dat drijfzand te zitten: je lijkt nogal structuurloos tegen deze sommetjes aan te kijken.
de mantra voor structuur bij alle natuurkundesommetjes:
gegeven
gevraagd
formule
invullen
uitrekenen
eenheid
b) Hoeveel elektrische energie (in kWH) gebruikt de spaarlamp in 2,0 uur?
P = 8,33 W (had je net berekend)
t = 2 h
gevraagd:
E = ?? kWh
formule:
(en ga zo verder. Houd daarbij in de gaten of de eenheden van je gegevens overeenkomen met de gewenste eenheid bij het antwoord. Een snelheid in m/s bereken je niet door kilometers en uren als gegeven te gebruiken; dan reken je meestal makkelijkst eerst je gegevens om.)
Groet, Jan
ik
op
10 oktober 2022 om 13:26
bij welke pagina kan je vinden hoeveel joule 1 kwh is?
Jaap
op
10 oktober 2022 om 13:35
Dag,
Voor de omrekening van kWh naar joule, bovenbouw havo en vwo: zie Binas tabel 5.
Groet, Jaap
Voor de omrekening van kWh naar joule, bovenbouw havo en vwo: zie Binas tabel 5.
Groet, Jaap
Jan van de Velde
op
10 oktober 2022 om 14:20
Of misschien Binas VMBO?
zowel de BB als de KGT-edities, zie tabel 2 "omrekenregels"
groet, Jan
zowel de BB als de KGT-edities, zie tabel 2 "omrekenregels"
groet, Jan
Theo de Klerk
op
10 oktober 2022 om 14:26
En gewoon zelf uitrekenen:
1 kWh = 1000 (=k) J/s (=W) 3600 s (=1 h) = 3 600 000 J
1 kWh = 3600000 J
1 J = 1/3600000 kWh
1 kWh = 1000 (=k) J/s (=W) 3600 s (=1 h) = 3 600 000 J
1 kWh = 3600000 J
1 J = 1/3600000 kWh