lichtsnelheid

Jan stelde deze vraag op 19 augustus 2020 om 01:20.

Als ik steeds dezelfde lichtstraal uitzend vanaf Jupiter naar de aarde, met steeds dezelfde lengte (lengte is tijdsduur uitzending maal c), en ik klok deze lichtstraal vanaf de eerste tot de laatste foton, dan klok ik als waarnemer op aarde in de verschillende jaargetijden toch steeds een andere tijdsduur.
Als ik de lengte van de lichtstraal deel door de geklokte tijden, dan krijg ik steeds een andere snelheid voor het waargenomen licht.
Als bovenstaande klopt (en dat is aantoonbaar), dan heeft het licht toch een relatieve snelheid afhankelijk van snelheid waarnemer t.o.v. snelheid lichtbron?


Reacties

Theo de Klerk op 19 augustus 2020 om 02:18
Ik snap de redenering niet. Even aannemend dat je met de lengte van een lichtstraal een "treintje" bedoeld van bijv. 5 fotonen achter elkaar (in de deeltjes-opvatting van licht) dan gaan die treintjes met snelheid c. Het passeren van die treintjes duurt lengte/c.
In januari zou de aarde in de richting van Jupiter kunnen bewegen (en dus in de richting van de lichttrein) en in juli ervanaf.
Vervolgens doe jij net alsof daardoor de snelheid van de lichttrein dan c+v resp c-v is. De relativiteitstheorie geeft andere snelheden voor objecten. Als in een stelsel de snelheid van een object v is, dan is die in een ander stelsel dat zelf met snelheid w beweegt, die snelheid v' (die niet gelijk is aan v ± w). v' = c als v=c. Dwz iets dat beweegt met lichtsnelheid beweegt in elk stelsel met lichtsnelheid.
Dus of de aarde nu in de richting van Jupiter beweegt of juist er vanaf, de snelheid van de lichttreintjes zal altijd als c worden gemeten.

Wat jij beweert als "aantoonbaar" is aantoonbaar onjuist gebleken.

Zie bijv. https://natuurkundeuitgelegd.nl/uitwerkingen.php?opgave=snelhedenoptellen
Jan op 19 augustus 2020 om 12:00
"de relativiteitstheorie geeft ..."
Je gaat daarbij onvoorwaardelijk uit van de juistheid van de aanname dat c constant is....
Ik begrijp je verbazing en verwarring, maar probeer eens out of the box van de relativiteitstheorie te denken.
De geklokte tijden verschillen weldegelijk van elkaar. Meten is weten.
Als ik de lengte van het treintje deel door de geklokte tijden, dan kom ik op verschillende snelheden.
De conclusie zou moeten zijn dat de aanname dat c constant is, niet juist is. Alle formules die uit die aanname volgen zouden dan dus ook niet geldig zijn.
Theo de Klerk op 19 augustus 2020 om 12:52
>Ik begrijp je verbazing en verwarring, maar probeer eens out of the box van de relativiteitstheorie te denken.

Dit forum is er niet om allerhand alternatieve theorieen te bedenken, verdedigen of wat ook. Hier staat het (tot een andere Einstein het tegendeel aantoont) als gemeten feit vast dat de lichtsnelheid het hoogst haalbare is. 
Niemand beweert dat kloktijden niet verschillen. Die wordt echter tegelijkertijd gecompenseerd met ook anders gemeten afstanden.  Afstand/tijd geeft voor licht steeds dezelfde snelheidswaarde.
Jan op 19 augustus 2020 om 15:07
Geen nieuwe theorie. Gewoon lengte gedeeld door tijdsduur = snelheid. Zo wordt ook de snelheid van licht in een laboratorium gemeten.
Dezelfde lichtbundel c.q treintje blijft dezelfde lengte. Ik klok met dezelfde klok, alleen in verschillende jaargetijden. Het licht komt alleen niet uit een laboratorium.
Jan op 19 augustus 2020 om 15:13
Tenzij je het zonnestelsel even als een laboratorium ziet. We kunnen in een normaal laboratorium die snelheid van 30 km/sec. niet nabootsen.
Theo de Klerk op 19 augustus 2020 om 15:39
De lichtbundel/treintje blijft niet dezelfde afstand/lengte houden. Maar daarvoor moet je eerst maar eens wat boeken over relativiteit lezen alvorens "uit de heup" te schieten.

Deze discussie gaan we verder hier niet voeren. De aarde in het zonnestelsel is bovendien een roterend (dus versnellend) referentieframe waar de Algemene Relativiteitstheorie op van toepassing is - of je dat nu leuk vindt of niet.
Dit topic is gesloten voor verdere reacties.