experiment valversnelling

neentj stelde deze vraag op 23 juni 2020 om 16:44.

 hallo! ik ben bezig met een natuurkunde PO en ik loop een beetje vast. Ik moet een huis-, tuin- en keukenexperiment bedenken dat iets te maken heeft met geofysica. Ik heb dus bedacht dat ik met de formule  F = G x M1 x M2 / R2 kan uitleggen dat de valversnelling altijd 9,81 m/s2 is. Dat wou ik dus in een experiment verwerken. Ik dacht aan een lineaal laten vallen en dan te filmen. Vervolgens zou ik de versnelling berekenen en dan met 'm x a' aantonen dat g=9,81 m/s2. Nu lukt het mij niet om dit te bewijzen. Kan iemand mij hiermee helpen? en is er überhaupt een uitkomst mogelijk voor dit experiment?

Reacties

Theo de Klerk op 23 juni 2020 om 17:03
Het lijkt me geen experiment waarbij je F = GMm/r2 kunt uitleggen. Al zal bij invullen van M en r2 met aardse waardes je vast iets van g = 9,81 N/kg vinden afhankelijk van gekozen waarden voor M en r.

Maar je kunt best een lineaal loslaten en filmen en een videometing toepassen. Dan moet je kunnen afleiden hoe de snelheid toeneemt tussen de afzondelijke beeldjes (die elk een tijd vertegenwoordigen). Uit snelheid - tijd laat zich de versnelling bepalen. Als je goed meet en rekent dan zal a = g = 9,81 N/kg er vast uitkomen.

(Alternatief is de reactiesnelheid meten: neem een biljet van 10 euro in je handen. Een andere persoon houdt zijn hand er vlak onder en moet vastknijpen als het biljet valt. De snelheid die het biljet krijgt is zo groot dat de reactietijd van de "toeknijper" altijd te lang is om het biljet te grijpen. Het is dan allang te diep gevallen.
Bij een hele lange lat zou je onderaan 0 kunnen zetten en daar de grijper zijn vingers laten houden. Dan de lat laten vallen en zien waar de grijper de lange lat vastpakt. De afstand tot het onderste van de lat is ook een indicatie van de reactiesnelheid.
Maar we dwalen af... goed videometen en uitrekenen!)

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft zevenentwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)