Vragen over beweging

Rowan stelde deze vraag op 05 mei 2020 om 16:35.

 Algemene zaken
1.    Reken uit

 

 

Vallen
Mast valt in een vrije val van een 50 m hoge toren.

2.    Bereken zijn snelheid halverwege

Rijden
Mats’ auto rijdt 20 m∙s-1 en trekt dan op met constante versnelling. Na 5,0 s en 500m heeft de auto een constante snelheid bereikt.

3.    Bereken de eindsnelheid van de auto

Mats remt.

4.    Schets de auto en teken de snelheidsvector, versnellingsvector en de netto-kracht vector.

De snelheid van de auto 1,2 ton zware auto onderaan een helling is 30 m∙s-1. De hellingshoek is 10°. De auto rijdt de helling op en verwaarloos luchtwrijving.

5.    Bereken na hoeveel meter de auto stilstaat

Zou iemand mij deze opdrachten willen uitleggen?
M.V.G. Rowan de Konink

Reacties

Theo de Klerk op 05 mei 2020 om 16:55
Het zijn allemaal nogal recht-toe-recht-aan sommetjes die je zou moeten kunnen oplossen met de basistheorie voor versnelde bewegingen. En de handleiding voor een rekenmachine.

1. uitrekenen. Eventueel met rekenmachine
2. Hoe lang is nodig om de helft (25 m) te vallen? de snelheid is dan v=gt
3. s = 500 = 1/2 at2 + v0 t  en t = 5 s en v0 = 20 m/s. Bepaal a, daarna v = at + v0
4. potlood slijpen, boek nog eens doorlezen en dan tekenen
5. Hoeveel kinetische energie heeft hij aan begin van de heuvel? Dit wordt in zwaarte energie omgezet. Hoe hoog komt hij dan? Dan is sin 10 = hoogte/weglengte en kun je deze uitrekenen.
Rowan op 05 mei 2020 om 16:58
Heel erg bedankt! Als ik ergens weer op vast loop zal ik het weer komen vragen, maar nogmaals bedankt!
Rowan op 07 mei 2020 om 09:35

Theo de Klerk plaatste:

2. Hoe lang is nodig om de helft (25 m) te vallen? de snelheid is dan v=gt
Ik snap niet echt hoe je 2 uit kan rekenen? Kan u daar bij helpen?
Theo de Klerk op 07 mei 2020 om 09:43
Wat is de helft van 50 m?
Als bij versnelde beweging (aardse gravitatieversnelling a = g = 9,81 m/s2) geldt dat afgelegde weg s = 1/2 gt2  bereken dan eens de valtijd  t en daarmee de snelheid na 25 m vallen: v = gt

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft eenendertig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)