Dit zijn 4 sinusgolven met verschillende frequenties (200πt/(2πt) voor de eerste) die bij elkaar worden opgeteld en zullen interfereren. Eindresultaat is wat de wiskunde beweert dat de som is van sin α + sin 2α + sin 3α + sin 4α
Voor sin 2α = 2 sin α cos α maar of dit je dichter bij een "simpel" antwoord brengt betwijfel ik.