Je tekent de vectorpijlen voor de spanning wat vreemd.
Denk even mee:
1. Massa m2 hangt stil. Dat betekent dat de touwen tezamen een even grote kracht als de zwaartekracht moeten geven (dan "heffen beide krachten elkaar op").
2. De spanning (S1 en S3) in elk stuk van het touw vanaf m2 is even groot als de spanning vanaf de katrol naar resp. m1 of m3. De katrol "buigt" alleen maar die kracht om.
3. De spanning in elk stuk touw is gelijk aan de zwaartekracht op de massa's m1 en m3 (dus S1 = F1 = m1g en ditto voor S3 op m3)
4. De spanning in elk stuk touw levert zowel een horizontale als vertikale component.
De horizontale component van spanning S1 is tegengesteld aan die van S3. Daarom zal de massa m2 niet naar links of rechts bewegen.
5. De som van de vertikale componenten van de spanning S1 en S3 geeft de zwaartekracht op m2 (m2g). Gezien de symmetrie zal de vertikale component van S1 en S3 elk de helft van de zwaartekracht op m2 zijn.
6. De spanning S1 is de vectoriele optelsom van zijn horizontale en vertikale component. Die is groter dan alleen de vertikale component. De spanning wordt gegeven door de zwaartekracht op m1. Dus moet m1 groter zijn in massa dan m2.