golfsnelheid
Pauline stelde deze vraag op 30 januari 2019 om 07:48.Ondanks dat de voortplantingsnelheid van een golf de volgende formule heeft
v= golflengte * frequentie lees ik toch online dat heel veel golven enkel afhankelijk zijn van het medium waar ze in bewegen en dit zou betekenen dat 2 golven die in hetzelfde medium bewegen (maar verschillende amplitude en golfgetal) toch dezelfde golfsnelheid hebben. Klopt dit ? of wordt de golfsnelheid wel beïnvloed door golflengte en frequentie.
Reacties
Jan van de Velde
op
30 januari 2019 om 08:20
Pauline plaatste:
Ondanks dat de voortplantingsnelheid van een golf de volgende formule heeft
v= golflengte * frequentie lees ik toch online dat heel veel golven enkel afhankelijk zijn van het medium waar ze in bewegen
Dat woordje "ondanks" duidt op een een beetje een misverstand: golflengte is namelijk geen vast gegeven dat we in een tabellenboekje zouden kunnen zetten. De formule zou voor jouw begrip beter genoteerd worden als
Dus inderdaad, die "v" hangt af van het medium, en die bepaalt samen met de "f" hoe groot de golflengte zal zijn die we waarnemen.
dus:
Pauline plaatste:
wordt de golfsnelheid wel beïnvloed door golflengte en frequentie.
Zoals jij het zegt klinkt dat een beetje als de wet van Ohm
Je schiet dus een beetje door in je interpretaties van formules in het algemeen. Met
Groet, jan
Pauline
op
30 januari 2019 om 09:25
oke bedankt ik begrijp het !
Theo de Klerk
op
30 januari 2019 om 09:43
Voor een golf geldt snelheid = golflengte x frequentie. Dat geldt voor voortbeweging in elk medium. De snelheid is wel afhankelijk van het medium.
Geluidsgolven gaan veel sneller door ijzer dan door lucht. Elke frequentie.
Geluidsgolven van elke frequentie gaan even snel door lucht. Een muziekstuk of zang klinkt ook op 100 m van de bron goed. Viool- en trommelgeluid komen gelijk aan en raken niet uit de pas zodat de muziek een rommeltje wordt. De bariton hoor je niet eerder dan de sopraan zodat de volgorde ineens afwijkt.
Afhankelijk van de manier van voortplanten kan dit wel enig gevolg hebben voor de snelheid van de golf. Bij licht moeten ladingen tot trilling komen om zo de elektromagnetische golf voort te bewegen. Minder energierijke (rodere) straling doet dat iets slechter dan hoog energetische (blauwere) straling waardoor rood langzamer beweegt dan blauw. Dan gaan golven in "wit licht" wel uit de pas lopen. Zo ontstaat in een prisma het kleurenspectrum.