Ontsnappingssnelheid

Anoniem stelde deze vraag op 20 juni 2018 om 19:16.

Hallo, ik zit in 5vwo en kom niet uit de volgende opgave:

Ek,R + Eg,R = Ek,oneindig + Eg,oneindig = 0
1/2m•v^2 - G•(m•M)/R = 0

1. Schrijf de formule naar de vorm v0 = 
Dit is wortel(2GM/R)

2. Gebruik de formule van g om een formule te maken waarin v0 alleen afhankelijk is van g en r.

Ik snap niet hoe ik bij die formule zou kunnen komen.

Alvast bedankt

Reacties

Jan van de Velde op 20 juni 2018 om 19:33
dag Anoniem,

wat je daar schrijft klinkt alsof je zelfstandig een heel eind zou kunnen komen met substituties e.d. als je dit
https://nl.wikipedia.org/wiki/Zwaartekracht#Formule
even aandachtig doorneemt

Groet, Jan
Theo de Klerk op 20 juni 2018 om 22:28
>Ek,R + Eg,R = Ek,oneindig + Eg,oneindig = 0
Hier staat dus eigenlijk

 kinetische energie + zwaarte-energie op aardbodem = kinetische energie + zwaarte-energie in oneindige

En dat klopt wel als je uitgaat van behoud van energie (blijft hetzelfde, waar ook gemeten).
Vervolgens definieert men de waarden als 0 in het oneindige (je moet ergens iets een getal geven - we zijn alleen geinteresseerd in energie-verschillen of -veranderingen en niet in absolute waarden).
Het is gebruikelijk om energie 0 J in het oneindige te denken voor de kinetische energie (raket gelanceerd vanaf aarde gaat steeds langzamer en staat stil aan de rand van het heelal) en de zwaarte-energie (en dus zal U = - GM/r  alleen maar negatiever kunnen worden richting aarde als r afneemt van oneindig tot aardstraal R).

En met die afspraken is goed te bedenken dat:

>1/2m•v^2 - G•(m•M)/R = 0
kinetische energie en zwaarte-energie op aardbodem = energie in oneindige = 0

Herleiden van bovenstaande formule in iets als v = ...  is een kwestie van 2e klas wiskunde... en geeft de snelheid die je op aarde al moet hebben om in het oneindige (na afremming door zwakker wordende zwaartekracht van de aarde) op 0 m/s uit te komen: de ontsnappingssnelheid.

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Ariane heeft zeven appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Ariane nu over?

Antwoord: (vul een getal in)