Roy
stelde deze vraag op
12 december 2017 om 15:59.
ik heb deze vraag in mijn boek: een sinusvormige wisselspanning heeft een maximale waarde van 200V hoe groot is in de volgende gevallen de momentele waarde? a na een halve periode b na een derde periode c na een achtste periode ik weet de antwoorden al (a 0v b 173.3v c 141.42v) maar snap noet hoe je dit uitrekent.
ook heb ik de vraag om hoe de maximale waarde berekent moet worden, de vraag is: een wisselspanning is 230v, hoe groot is de maximale waarde van de spanning? ik heb hier ook een stroom (A) variant van. kan iemand mij dit uitleggen?
mvg Roy
Reacties
Theo de Klerk
op
12 december 2017 om 16:13
Klaarblijkelijk is het een sinusgolf. Dus van de vorm U = A sin ωt waarbij A de maximale amplitude is en ω = 2πf = 2π/T
Als A = 200 V dan is de spanning op elk moment U = 200 sin ωt
De opgave moet normaal aangeven wat de frequentie is van de wisselspanning, anders weet je niet hoe groot ω is. Maar bij jou noemen ze alleen 1/2, 1/3 en 1/8 periode. Dan is ωt = 2π t/T = (2π)(p) met p=1/2 , 1/3 of 1/8.
Kun je het nu allemaal uitrekenen?
Jan van de Velde
op
12 december 2017 om 17:34
Roy plaatste:
de vraag is: een wisselspanning is 230V, hoe groot is de maximale waarde van de spanning?
om en nabij de 320 V.
google eens met "effectieve spanning" ? Want 230 V is van het lichtnet de effectieve spanning, zeker niet de maximale.
