EVRB Stopafstand bij remmen

Davy stelde deze vraag op 04 december 2017 om 22:09.

ik heb de volgende opgave:
Een wagen rijdt met een snelheid van 75Km/h als hij plots op 200m een rotsblok op de baan ziet liggen. Zijn reactietijd alvorens hij remt is 1s. Op volle remkracht is de versnelling van het remmanoeuvre 2m/s2 De vraag is zal hij op tijd kunnen stoppen en waarom?

Reacties

Theo de Klerk op 04 december 2017 om 22:25

Stoptijd bestaat uit 2 onderdelen:
1) reactietijd:  de tijd waarin niets verandert omdat je lichaam nog niet reageert (en begint met de remprocedure).
Afgelegde weg = snelheid x reactietijd

2) remtijd: de tijd waarop daadwerkelijk geremd wordt.
Snelheid verandert met v = remvertraging x remtijd   (v = a.t)
Afgelegde weg erbij s = 1/2 remvertraging x remtijd(s = 1/2 a.t2)

rijsnelheid = 75 km/h = ... m/s
Reactietijd 1 s, dus afgelegde weg =  v . 1 = ..  m

remmen: van rijsnelheid tot stilstand:  Δt = ..  /2 =  .. s
remweg: s = 1/2 at2 = 1/2 . 2 . t2

Gereden stopafstand =  reactietijd-afstand + remtijd-afstand

En is dit nu meer of minder dan 200 m?
davy op 05 december 2017 om 13:47
Dus:

1. rijsnelheid = 75 km/h = 20 m/s
    Reactietijd 1 s, dus afgelegde weg =  v . 1 = 20  m

2. remmen: van rijsnelheid tot stilstand:  Δt = 20  /2 =  10 s
    remweg: s = 1/2 at2 = 1/2 . 2 . 102 = 100

Gereden stopafstand =  reactietijd-afstand + remtijd-afstand

= 20+100 = 120 m

minder dan 200 m!
Theo de Klerk op 05 december 2017 om 14:15
Precies. Dus er wordt op tijd gestopt.

Maar 75 km/h = 75000 m/3600s = 20,83... en zou afgerond op 21 uitkomen!
Jan van de Velde op 05 december 2017 om 14:56
nu we eruit zijn dan toch nog even een praktische opmerking:

Davy plaatste:

Op volle remkracht is de versnelling van het remmanoeuvre 2m/s2

Deze auto hoort niet op de weg in deze deplorabele, levensgevaarlijke toestand. Minimale wettelijke remvertraging voor personenauto's in Nederland is 5,2 m/s2, en een auto op droog wegdek met fatsoenlijke banden en ABS (of een goede chauffeur) haalt de 8-9 m/s2 wel. 

Niet erg realistische oefening dus. 

Groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Roos heeft zestien appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Roos nu over?

Antwoord: (vul een getal in)