Dag Josje,
dat is niet meer of minder dan de fase van de golf op een door jou gekozen tijdstip t=0 (het begin)
Gewoonlijk als we een golf tekenen dan is de begintoestand de evenwichtsstand, amplitude 0, en beweegt het trillende punt naar boven in een grafiek:
https://www.geogebra.org/m/X2dhARxgDat punt bevindt zich dan in fase 0.
Maar je kunt ook op een ander moment tijdens de trilling beginnen te meten:

De trilling is dan al verder in zijn beweging bij de aanvang van je meting.
In dit geval is de trilling al op 0,4 radialen van zijn hele omwenteling van 2π radialen en is de fase dus ongeveer 0,4/6,28 = 0,064.
Allemaal niet zo heel spannend voor één golf. Maar wanneer je spanning en stroom meet aan praktische wisselspanningsapparaten dan is de stroomgolf vaak in fase verschoven t.o.v. de spanningsgolf. Dan wordt het verschil in fase belangrijk. De cosinus van de hoek tussen de spannings- en stroomgolf mag dan niet groter worden dan 0,9, anders ontstaat er teveel blindvermogen en navenante verpesting van de mooie sinusgolf die een wisselspanning eigenlijk zou moeten zijn.
Maar daarmee duiken we de elektrotechniek in, en dat is buiten het gewone middelbareschoolboekje.
groet, Jan