Jeroen
stelde deze vraag op
25 oktober 2017 om 21:21.
ik heb op school de volgende vraag (zie bijlage) gekregen en heb geen idee hoe dit op te lossen, kan iemand mij helpen
Reacties
Jan van de Velde
op
25 oktober 2017 om 22:10
dag Jeroen,
Dit gooien ze vast niet voor je voeten zonder dat je al een en ander van roterende bewegingen weet.
Wat weet je al van bijvoorbeeld traagheidsmoment, traagheidsstraal, hoeksnelheid en hoekversnelling? Definities, van toepassing lijkende formules? Ben je op de hoogte van parallellen tussen gewone bewegingen en roterende bewegingen? Bijvoorbeeld de lineaire F=m·a heeft een rotatiebroertje M=I·α.
Groet, Jan
Jeroen
op
25 oktober 2017 om 22:36
Dag Jan,
Ik heb een soortgelijke opdracht gemaakt waarbij een wc-rol wordt afgerold waarbij ik de hoekversnelling moest uitrekenen. Dus ik heb wel enige kennis. Zou u mij misschien verder kunnen helpen?
Theo de Klerk
op
25 oktober 2017 om 22:58
Afrollen van een WC-rol of trekken aan een touw gewikkeld om een cilinder is niet zo heel anders toch?
translatie (verplaatsing) geeft F = m.a = m.Δv/Δt rotatie (draaiing) geeft F = I.α = I.Δω/Δdt
De kracht F ken je (=P=70N), de arm ken je (d=0,5 m) dus het moment kun je uitrekenen, het traagheidsmoment I kun je uitrekenen (traagheidsstraal is gegeven), de Δω is gegeven dus... wat let je om Δt te bepalen?
Overigens ben ik het met de opgavetekst niet eens: 380 N (≈38 kg) is kul. Dat is zoiets als zeggen 5 appelen ≈ 1 euro. Een gewicht (in N) is geen massa (in kg). Er is op aarde wel een relatie tussen beide: FG ≈ 10·m Zoals je ook wellicht voor 1 euro 5 appelen kunt kopen (maar ook iets anders).