Dompelaar

trafasi stelde deze vraag op 22 juni 2017 om 22:41.

 Hoi hoe moet ik deze oplossing oplossen want kom op een hele andere antwoord uit dan het antwoord 

Dompelaar heeft ‘n gewicht van 880 mN. Als je de dompelaar onderdompelt in water (ρwater = 1 kg/dm³) wijst de veer-unster ‘n gewicht aan van 0,73 N. Vervolgens dompel je de dompelaar onder in alcohol (ρalchol = 0,85 g/cm³). Wat zal de veer-unster nu aanwijzen? het antwoord moet 0,753 N zijn snap niet hoe men aan het antwoord kom wie kan mij helepen? alvst bedankt

Reacties

Jan van de Velde op 22 juni 2017 om 22:46
dag Trafasi,

kwestie van nettokrachten.

in beide gevallen geldt:
  • de zwaartekracht trekt naar beneden
  • de opwaartse kracht van de vloeistof duwt omhoog
  • de veerkracht van de veerunster trekt omhoog
In beide gevallen is de nettokracht 0 , dan geeft dat dus twee aparte gevallen van:

Fz = Fop + Fv

in beide gevallen is Fz gelijk (het is dezelfde dompelaar), en de opwaartse kracht is gelijk aan het gewicht van de verplaatste vloeistof.

gaat'ie lukken zo?

groet, Jan
trafasi op 23 juni 2017 om 15:14
Hoi Jan vind het nog steeds ingewikkeld om het bereknenen kun je mij wt uitgebreider uitleggen en de formules?
Jan van de Velde op 23 juni 2017 om 17:08
dag trafasi,

Een dompelaargewicht van 0,88 N wordt ondergedompeld in water 0,73 N
- hoe groot is dus het gewicht van het verplaatste water?
- hoe groot is dus de massa verplaatst water? (Fz=m·g)
- hoe groot is dus het volume van het verplaatste water (en dus het volume van de dompelaar)? (ρ = m/V)

dan gaan we dat ding in de alcohol dompelen:
- hoe groot is dus het volume verplaatste alcohol?
- hoe groot is dus de massa verplaatste alcohol?
- hoe groot is dus het gewicht verplaatste alcohol?
- hoe groot wordt dus het dompelaargewicht in ondergedompelde toestand? 

groet, Jan
trafasi op 23 juni 2017 om 17:35
Hartelijk dank  Jan  ik denk dat ik nu wel uitkom met deze uitwerking

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft vijftien appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)