Horizon en aardoppervlak

Dolf stelde deze vraag op 07 september 2016 om 08:20.
Hallo , ik zag laatst een foto van een object wat op 36.5 km werd waargenomen en  de camera stond op 9 meter hoogte. Is het correct dat er met deze afstand en hoogte 52 meter achter de horizon verdwenen had moeten zijn ? En stel dat er refractie op zou treden , in hoeverre zou dit dan van invloed zijn geweest op het aantal meters dat achter de horizon verdwenen was?

Reacties

Jan van de Velde op 07 september 2016 om 08:39
dag Dolf,

Over dit onderwerp hebben we al een hele discussie lopen, en daar maakte ik ooit een rekenblad voor dit sommetje. Zie bijlage, vul je gegevens in in de groene vakjes.

Onder de voorwaarden die jij noemt klopt die 52 m wel ongeveer.

Over hoe de atmosferische omstandigheden de zaak beïnvloeden valt weinig te zeggen. Dat kan variëren van volledig achter de horizon verdwijnen tot volledig erboven uit steken.

Groet, Jan

Bijlagen:

Dolf op 07 september 2016 om 09:45
Bedankt , handig dat rekenblad! Nog een vraagje-  ik zag laatst iemand die de afstand tot de horizon berekende met wortel van hoogte keer 3.84 ipv 3.57 ( zoals wiki aangeeft)  om rekening te houden met refractie. Stel dat men het hierboven genoemde geval neemt van het object gezien op hoogte van 9 mtr en afstand tot object van 36,5 km. Dit resulteert dan toch  in een verdoken gedeelte van 49 mtr in dit geval ? Er was namelijk wat discussie over waar we niet uitkwamen, misschien weet u hoe het in dit geval uitkomt?
Jan op 07 september 2016 om 15:04
Dag Dolf,

de vraag die je stelt is een volslagen academische. In die andere berekening zou rekening gehouden worden met refractie. Die is echter geheel afhankelijk van dichtheden van de lucht (en daarmee brekingsindex) op verschillende hoogtes onderweg tussen waarnemer en object, en kan van minuut tot minuut verschillen, en over langere tijd niet zomaar een paar procent maar tot en met alles of niets. 

Wat je in de natuurkunde in elk geval moet doen is een goed besef houden van de zinvolheid of zinloosheid van de nauwkeurigheid van een berekening, en de condities waaronder je metingen vericht. Ik kan herhaalde proeven doen om jouw lichaamslengte vast te stellen, met als enig verschil tussen de meetseries het tijdstip van waarneming, en in de ene serie vind ik jou dan 1,5- 2cm langer dan in de ander meetserie, afhankelijk van of ik je meet als je pas uit je bed bent, of steeds na een vermoeiende werkdag.  183,4 cm op je paspoort laten aantekenen is dus zinloos precies, en dus eigenlijk per definitie fout.

En jij zult niet de condities tussen waarnemer en toren zo netjes kunnen beschrijven dat een ander op diezelfde condities kan wachten om dezelfde waarneming als jij te doen.


Er zijn verschillende benaderende formules met allemaal weer net iets andere correctiefactoren, en geen van allen gaan je óóit vertellen wat je werkelijk ziet. Of een honderd meter hoge toren op 36 km afstand 52 m of 49 m verduikt.... IN de realiteit gaan er momenten zijn dat íe helemaal wegduikt, en ook momenten dat je hem niet of nauwelijks verdoken ziet.

a difference that makes no difference is no difference.

Groet, Jan
Dolf op 10 september 2016 om 13:52
Ja idd , snap wat u bedoelt.. We hebben gewoon te maken met een theoretisch kloppende berekening die in de praktijk steeds anders uitpakt. Een formule hanteren die rekening houdt met refractie alsof dit een vast gegeven betreft  is zinloos.. Bedankt!

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Ariane heeft zeventien appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Ariane nu over?

Antwoord: (vul een getal in)