formant (vwo 1994-I-1)

kevin stelde deze vraag op 19 mei 2016 om 09:53.

Uit vwo examen 1994-I-1:

De uitkomst van de berekeningen vindt Adriaan bemoedigend.

Toch is hij zeer gespannen als hij de sprong waagt. Deze spanning ontlaadt zich als hij tijdens zijn val uitschreeuwt: "eeeeeeehhh!".

De frequentie van de eerste formant van deze kreet is 600 Hz.

Beschouw zijn mondholte als een aan één zijde gesloten buis, waarbij de eerste formant de grondtoon van deze buis is. De geluidssnelheid in zijn mond is 3,5×102 m/s.

3p 5      Bereken de lengte van zijn mondholte.

In werkelijkheid bestaat het klankkastcomplex niet uit één buis. Vandaar het ontstaan van meer dan één formant. De frequentie van de tweede formant van de geslaakte kreet is 1080 Hz. Het bereik van de grondtoon van zijn stembanden ligt tussen de 110 en 180 Hz. We nemen aan dat de frequenties van de eerste en de tweede formant gelijk zijn aan frequenties van boventonen van zijn stembanden.

3p 6      Bereken de frequentie van de grondtoon van zijn stembanden tijdens het slaken van de kreet.

Hoi hierboven heb ik even de vragen 5 en 6 van examen 1994 gekopieërd. Ik snap vraag 6 niet helemaal...Ze zeggen bij vraag 5 dat ze de eerste formant als grondtoon beschouwen en bij vraag 6 nemen ze aan dat het één van de boventonen is. Hoe zou ik nou naar zo'n vraag moeten kijken? 

Reacties

Willem op 19 mei 2016 om 11:36
Kevin,

Ik kon het ook moeilijk vinden, maar het staat er wel.

Bij vraag vijf staat dat de eerst formant de grondtoon is van de keel, bij vraag 6 staat dat de formanten de boventonen van de stembanden zijn.
Sean op 05 mei 2024 om 20:19
Hai, ik loop nu ook vast bij vraag 6. Zou iemand mij kunnen uitleggen waarom ze in de uitwerking de frequentie berekenen door middel van het delen van de Hz door een toon. En zou iemand mij kunnen uitleggen hoe ze op die tonen komen.
Groet,

(ps. Vraag 6 is in dit geval vraag 14)

Jan van de Velde op 05 mei 2024 om 21:53
dag Sean,

We delen niet "de Hz door een toon" 
Dat eerste is heel slordige taal, dat tweede is niet het geval.
Alle boventonen hebben frequenties die veelvouden zijn van de frequentie van de grondtoon
We delen waargenomen frequenties door volgnummers van veelvouden van boventonen van één toon. 

Zowel 600 Hz als 1080 Hz moeten boventonen zijn van één en dezelfde toon. 

Is de grondtoon van een halfopen buis (kwart golf in de buis) bijvoorbeeld 100 Hz , dan is de eerste boventoon (driekwart golf in de buis) 300 Hz (3 x zo hoog), tweede boventoon (1¼ golf) 500 Hz (5 x zo hoog), derde 600 Hz, 900 Hz, vierde 1100 Hz enz. 

aan jou om dié grondtoon te vinden die als boventonen zowel 600 Hz als 1080 Hz kan hebben
Wiskundig zoek je dus eigenlijk de grootste gemene deler

Groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft eenentwintig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)