resulterende kracht plus of min

Amber stelde deze vraag op 10 mei 2016 om 16:32.

 Hallo,

Ik heb een vraag over de resulterende kracht. De resulterende kracht moet je vectorieel bij elkaar optellen, maar hoe doe je dat als ze een tegengestelde richting hebben. Als ik zoals hieronder een luchtweerstandskracht en een zwaartekracht heb, is de resulterende kracht dan Fz - Fw,lucht of Fw,lucht - Fz en waarom?

Alvast bedankt voor de hulp,

Groetjes Amber
   

Reacties

Theo de Klerk op 10 mei 2016 om 16:46

Vectorieel optellen betekent "kop-staart" optellen.
Dus pak bijv. Fw van de twee vectoren op, plaats zijn staart tegen de kop van de andere Fz. De som is dan de vector die vanuit de oorsprong van beide vectoren (O) wijst naar de plek die door de kop van Fw wordt aangewezen.

Jan van de Velde op 10 mei 2016 om 16:54
dag Amber,

't is geen van tweeën :
krachten tel je op, en afhankelijk van hun richting geef je ze een plus- of minteken:

Fres = Fz + Fw

het referentiestelsel kun je vrij kiezen, zolang je dat maar aan je lezers laat weten:



de som wordt dus Fres = Fz + Fw = (-400) + (+400) = 0 N

of 
Fres = Fz + Fw = (+400) + (-400) = 0 N 

Groet, Jan


Amber op 10 mei 2016 om 17:11
Beste Jan,

Dus in principe maakt het niet uit welke kracht het minteken heeft? Als de luchtweerstandskracht groter is dan de zwaartekracht dan kom je wel op een negatief getal uit als de luchtweerstandskracht het minteken heeft. Moet je deze gewoon positief maken?

Groetjes Amber
Jan van de Velde op 10 mei 2016 om 17:25
nee, eenmaal je referentiestelsel gekozen reken je álles in dat referentiestelsel uit. Oók vervolgende versnellingen e.d. a= F/m = -300/60 = -5 m/s² 

Zo blijft dat minteken hetzelfde betekenen bij alle vectoriële grootheden (kracht, snelheid, versnelling) die bij dezelfde situatie komen kijken .

Groet, Jan
Amber op 10 mei 2016 om 17:28
Oke ik snap het! Heel erg bedankt voor de snelle reactie!

Groetjes Amber

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Ariane heeft acht appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Ariane nu over?

Antwoord: (vul een getal in)