dichtheid vloeistof berekenen

angelo stelde deze vraag op 30 maart 2016 om 23:02.

Een U-vormige buis bevat kwik. Het kwik staat in beide benen even hoog. In het rechterbeen wordt er water gegoten tot een hoogte van 20 cm. In het linkerbeen wordt 8 cm van een onbekende vloeistof gegoten, waardoor er een situatie ontstaat zoals aangegeven in de tekening.
Hoe groot is de dichtheid van deze onbekende vloeistof?

Reacties

Jan van de Velde op 30 maart 2016 om 23:20
dag Angelo,

zonder bijbehorende tekening geen beginnen aan.

groet, Jan
Theo de Klerk op 30 maart 2016 om 23:27
Hier moet je bedenken dat in beide benen van de U buis op elke horizontale gelijke hoogte de druk gelijk is.
Dat is simpel te zien als er maar 1 vloeistof (A) in de buis zit: beide benen staan even hoog (aannemend dat de U-vorm rechtop staat)

Als je een andere vloeistof B in een been erbij giet, dan zal dit de oorspronkelijke vloeistof wat naar beneden duwen(en dus omhoog in het andere been). Maar steeds zal op dezelfde hoogte in beide benen de druk gelijk zijn.  Dus neem je het scheidsvlak tussen vloeistof A en B als hoogte, dan zal in de ene buis boven die hoogte alleen een hoeveelheid vloeistof A zitten. En in de andere buis alleen een hoeveelheid vloeistof B.
De druk van vloeistof B op het vlak van die hoogte is gelijk aan de druk die vloeistof A in de andere buis uitoefent. Als dat niet zo zou zijn, dan gaat de vloeistof stromen totdat het wel zo is.



En als je in beide benen een andere vloeistof gooit dan blijft het probleem oplosbaar als je bedenkt dat op elke hoogte in beide benen de druk gelijk is. En die druk ontstaat door de dichtheid van de vloeistof (ρ) en de hoogte van de vloeistofkolom (de breedte of oppervlakte doet niet ter zake)
angelo op 01 april 2016 om 21:59
hoi 
ik snap deze som nog steeds niet. ik zou graag willen, Dat u mischien deze som stap voor stap kunt uitwerken of wat ik bij deze som moet doen. ik heb het bijbehorende afbeelding gestuurd.




alvast bedankt voor uw medewerking

Jan van de Velde op 02 april 2016 om 08:06
dag Angelo,



onder de rode stippellijn vinden we alleen maar kwik. Daaronder is dus links en rechts álles hetzelfde, dat is dus een evenwichtsniveau.

daaruit volgt dat de druk links boven dat niveau gelijk moet zijn aan de druk rechts boven datzelfde niveau

dus de druk van een 8 cm hoge vloeistofkolom PLUS de druk van een 1 cm hoge kwikkolom IS GELIJK AAN de druk van een 20 cm hoge waterkolom. 

Hoe bereken jij de druk van bijvoorbeeld een waterkolom?
(zie ook je andere topic, Theo's bericht van 20:20)

Groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft zes appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)