Gravitatieconstante

Klaas stelde deze vraag op 02 december 2015 om 11:20.

 Hallo,

Ik had een vraag. We kregen de opdracht om de gravitatieconstante te bepalen. Daarvoor kregen we een aantal spullen. We hebben een gewichtje van 50 gram aan een touw gebonden en hebben twee latten kruiselings op elkaar gelegd. De straal was daarbij 50 cm. We hebben dan de touw eromheen gedraaid en zo de tijd bepaald over één rondje bij verschillende stralen. We weten nu echter niet hoe we G kunnen bepalen. We denken dat we dat kunnen doen door de formule G= (r 3/T2) x (M / 4pi2). Zou iemand me kunnen helpen?

Alvast bedankt,

Klaas

Reacties

Theo de Klerk op 02 december 2015 om 12:04
Ik geloof niet dat ik snap wat jullie doen. Heb je een cirkel op de grond (door 2 latten als diameter aangegeven) en laten jullie een massa aan een touw ronddraaien langs die cirkel? Het touw maakt dus een conische vorm (zo'n ronde piramide)?

De gravitatie constante G ga je daarmee niet meten. Daarvoor heb je veel nauwkeuriger instrumenten nodig om te bepalen hoe twee massa's elkaar aantrekken en om daaruit G te bepalen  ( F = G m1m2/r2 )

Waarschijnlijker is dat je g wilt bepalen. Zelfde letter, alleen geen hoofdletter. Die wordt gebruikt om de aantrekkingskracht van de aarde op een voorwerp te meten. Dat is (met F = m.g) wel aan die andere formule gerelateerd (de g is dan het  GMaarde/raarde2 ) gedeelte.
Maar "g" is makkelijker te meten. Als je de kracht weet te bepalen (veer unster of zo iets) en de massa kent, dan volgt g uit de simpele F = m.g
Klaas op 02 december 2015 om 14:38
Ja dat eerste deel wat u zegt klopt, meneer Theo. We moeten hiermee echter de gravitatieconstante G en niet de valversnelling bepalen.

Theo de Klerk op 02 december 2015 om 14:47
De door je aangehaalde formule is een wat andere schrijfwijze voor de wet van Kepler (zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Wetten_van_Kepler), die zegt dat bij een massa die rond een andere, grotere, massa draait (maan rond aarde, satelliet rond de aarde, aarde rond de zon), de verhouding tussen baanomloopstijd T en de straal van die baan r een vaste verhouding bestaat: r3/T2 = constant (= GM/(4π2)  - lichtelijk anders dan wat jullie aangeven).
Maar dit geldt voor objecten die om elkaar heen draaien, niet voor een massa aan een touwtje dat een conisch ronddraaiende beweging maakt om ...geen...massa.

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft acht appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)