trekken aan een schommel
Amelie stelde deze vraag op 23 maart 2014 om 13:18.hoooooooiiiii,
een eenvoudige schommel bestaat uit twee touwen en een plank. De touwen zijn 2.0 meter lang. Jan zit op de schommel en weegt inclusief de plank 500 N. Om op gang te komen, wordt Jan door Kees 80 cm naar achteren getrokken. Kees trekt daarbij in horizontale richting!
a) bereken de kracht die Kees op Jan uitoefent.
b) bereken de spankracht in het touw.
Reacties
Jan en de schommel bewegen niet. De som van alle krachten die op Jan werken moeten dus nul zijn. Er is een gewicht, er is een spanning in het touw en een trektracht van Kees.
Uit de lengte van het touw (2,0 m) en de uitwijking (0,80 m) is de spanning te berekenen door de Stelling van Pythagoras toe te passen. En ook de kracht waarmee Kees trekt.
een voorbeeld vanm een schets die je bij dit soort problemen zelf moet tekenen:
Als basis is hier een bestaande tekening gebruikt. Jan is een meisje... maar het probleem blijft hetzelfde).
Pythagoras geeft dat de aanliggende zijde 1,83 mtr moet zijn. Daaruit leid ik af dat middels COS de hoek tussen lange zijde en aanliggende zijde, 24 gr moet zijn.
Krachten ontbinden: Fspan = Fnormaal * cos24 = 500 N * cos24 = 456,77 N
Dat betekent dat de krachten op de 'y-as' niet in evenwicht zijn: Fz = 500 N tegenover Fspan = 456,77 N
Is het zo dat Ftrek dan moet zorgen voor het equilibrium? Alles is namelijk in rust, dus Fres = 0N. Betekent dit dus dat Ftrek = Fx = (500-456,77=) 43,23 N?
Ja. Fspanning heeft een vertikale component die gelijk (en tegengesteld is) aan Fgewicht en diens horizontale component wordt door Ftrek tegengewerkt.
>Fspan = Fnormaal * cos24
Dat lijkt me niet. Fnormaal = Fspan cos (90º - cos-1 80/200) = Fspan cos 24
Net andersom dus!
We hebben wel met een heel andere situatie te maken: De Ftrek moet feitelijk oneindig groot worden want deze is horizontaal en kan geen vertikale kracht opheffen.
Zoals een waslijn ook niet zonder doorzakken gespannen kan worden en maar beter onbelast half doorzakt dan strak gespannen te zijn.
Er is dus eigenlijk geen sprake meer van trekken. In de praktijk zal de trekker steeds meer "tiller" worden om de missende opwaartse kracht van de schommelketting te compenseren.
Wel te hopen dat degene op de schommel met superlijm op die schommel blijft zitten en er niet afglijdt...
En
> spankracht te allen tijde gelijk aan of groter moet zijn dan de normaalkracht.
Fout. De vertikale component van de spankracht (en die 0 als de schommel horizontaal wordt gehouden) moet de normaalkracht leveren die het gewicht tegenwerkt. Er moet nu dus een andere bron zijn voor die tegenwerking anders valt de zittende op de grond.
De vraag wordt niet alleen voor de leerlingen een "uitdaging".
Als het schommeltouw horizontaal hangt, heb je een probleem. Voor elke scheve waarde is er een steeds grotere trekkracht nodig bij grotere uitwijking.
Ftrek = Fspan sin 24 = (Fnormaal/cos 24).sin 24 = Fnormaal tan 24
Bij 0 graden hangt de schommel vertikaal: Ftrek = 0, voor 90 graden is de waarde "oneindig"
Bij 24 graden is de trekkracht ca. 500 N tan 24 = 222 N inderdaad