De vraag heeft waarschijnlijk met relatieve snelheden te maken. En een misverstand dat een snelheid de aanwezigheid van een kracht suggereert.
Als je met 15 km/h fietst dan duw je tijdens je tocht je een weg door de lucht. Dat ervaar je als wind. Die snelheid zal - 15 km/h zijn (dwz in tegengestelde richting).
We hebben het hier over relatieve snelheden: de ene partij staat stil, de andere beweegt met 15 km/h (en je kunt redeneren vanuit "ik sta stil" (tov je fiets beweeg je ook niet - maar dan waait de lucht met 15 km/h op je af) of vanuit "de lucht staat stil (en ik beweeg) ) . Snelheden zijn geen krachten. En de snelheden die je ziet mag je ook niet zomaar bij elkaar tellen. Dat moet je doet t.o.v. een vast referentie-stelsel. Bijvoorbeeld de grond of een boom. Dan is er maar 1 snelheid en dat is van je fiets. De lucht beweegt niet. Netto snelheid: 15 km/h van de fiets. Neem je als referentiestelsel je fiets, dan heb jij geen snelheid (stelsel beweegt met de fiets mee), maar voel je een wind die met tegengestelde snelheid beweegt. Netto weer 15 km/h maar nu in andere richting en horend bij de lucht.
Er is wel een kracht. Er zijn er meerdere zelfs. Allereerst duw jij op de pedalen en gaat daardoor vooruit. Bij gelijke kracht steeds sneller. De fiets duwt jou vooruit met een kracht (die te maken heeft met de manier waarop je de trappers ronddraait).
De lucht ervaar je als wind maar dit is ook een weerstandskracht. Als de lucht net zo hard je terugduwt als jij vooruit trapt dan zijn er 2 krachten op je: van de fiets vooruit en van de lucht achteruit. Da's netto 0: geen kracht en dus fiets je met constante snelheid (of staat stil, maar dan val je om).
Zolang jouw trapkracht de fiets krachtiger naar voren doet gaan dan de wind hem terugblaast, ga je versneld naar voren.