Hallo,
Voor natuurkunde hebben wij een opdracht om de F wrijving in een pvc-buis te berekenen. We moesten een kogeltje door een buis laten rollen
als het balletje op de tafel kwam liet het een stip achter door carbonpapier. Gemiddelde afstand van de einde van de buis tot aan de stippen is 48 cm. Einde buis staat op een hoogte van 30 cm, en de buis hoogte is 31 cm. De buis was aan het eind een horizontaal stukje, en de rest van de buis gaat 45 graden omhoog. Luchtwrijving mag worden verwaarloosd.
Om de wrijving te berekenen had ik bedacht om eerst de theoretische snelheid zonder wrijving te berekenen, m.b.v. de Wet van Behoud van Energie: m x g x h = 1/2 x m x v^2 + 1/2 x I x ω^2. En daarna met 1/2 x g x t^2 en s = v x t de afstand berekenen. Je weet dan de theoretische afstand en de werkelijke afstand, daarmee bereken je de verschillende snelheden die je er mee krijgt. Om de arbeid te berekenen met de snelheden gebruik je W = ½ x m x v2 Je berekent het met beide snelheden uit, en dan krijg je verschillende antwoorden. Door deze van elkaar af te halen houd je de F Wrijving over.
Nu is mijn vraag, om de ω te berekenen heb je de formule 2π/T. Hoe kun je de T dan berekenen? D.m.v. 0,31 = 1/2 x g x t^2 ?? (dus je gebruikt de hoogte van de buis)
Alvast bedankt voor het antwoord!!
Gr. Dennis