thermische probleem

bas stelde deze vraag op 03 februari 2012 om 21:56.

ik heb problemen om de formule c*m*T=Q en C*T=Q te gebruiken ik weet niet welke ik moet gebruiken en hoe kan ik dit opgaven makkelijker oplossne,wat voor dingen moet ik weten om dit opgaven snel op te lossen,ik heb geprobeert  maar mijn aantwoord komt steeds fout

OpgaveIn een thermosfles met een warmtecapaciteit van 160 J/K bevindt zich water van 20 °C. Hierin brengen we 40 gram ijs van - 5 °C.
Neem aan dat er geen warmtecontact is met de omgeving.
Het blijkt dat de eindtemperatuur +3 °C is.

 

Bereken hoeveel water er in de thermosfles zat.

Reacties

Jan op 03 februari 2012 om 22:01

Dag Bas,

probeer het eens met de rekenbladmethode?

http://www.wetenschapsforum.nl/index.php?showtopic=121902

Groet, Jan

 

Theo op 04 februari 2012 om 01:37

Water ( of welke stof ook) neemt warmte (energie) op als het warmer wordt en staat die af als het evenveel kouder wordt.

Zolang een stof in dezelfde toestand blijft (gas, vloeibaar, vast) geldt hiervoor de formule

cwater*mwater *(Teind - Tbegin)=Q1   

(warmte Q = hoeveelheid (massa) water m maal de verandering in temperatuur  maal de hoeveelheid energie nodig voor 1 kg en 1 graad verandering)

Met bovenstaande formule kun je dus uitrekenen hoeveel energie het water afstaat bij afkoeling van 20 naar 3 graden.

Daarnaast staat de thermosfles door afkoeling ook nog eens (C=) 160 J af voor elke graad temperatuurdaling van 20 naar 3 graden:

C*(Teind- Tbegin) = Q2

Wie is de opnemer van al die warmte? Dat is het koudere ijs dat opwarmt en smelt. Die 40 gram neemt eerst warmte op zoals het water hierboven, maar met een andere waarde voor de constante c:

cijs*mijs *(Teind - Tbegin)=Q3

cijs*40 *(0 - (-5))= 200 cijs = Q3

Dan heeft het energie nodig om te smelten: dit gebeurt bij vaste smelttemperatuur van 0 graden en daarvoor heb je dus een formule zonder temperatuursverschil:

 mijs * smeltwarmte = 40 * smeltwarmte (in J/kg) = Q4

Daarna warmt het inmiddels gesmolten ijs op van 0 naar 3 graden door opname van energie op dezelfde manier als het aanvankelijke water energie afstond:

cwater*mgesmolten-ijs *(Teind - Tbegin)= cwater  * 40 * (3 - 0) = Q4

Uiteindelijk maak je nu de optelsom:

afgegeven warmte = opgenomen warmte

Q1 + Q2 = Q3 + Q4

 waaruit de onbekende mwater is op te lossen.

 

 

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Ariane heeft negen appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Ariane nu over?

Antwoord: (vul een getal in)