Absorptie van licht

Dianne stelde deze vraag op 02 mei 2011 om 17:45.

Van verschillende sites heb ik begrepen dat atomen verschillende energietoestanden kunnen hebben. Als een atoom van een aangeslagen toestand naar de grondtoestand gaat komt er energie vrij in de vorm van een foton.

Nou heb ik 2 vragen:

zit een atoom normaal gesproken in de grondtoestand?

en als dat zo is, ik heb ook nog ergens gelezen dat atomen dan een temperatuur van -273 graden celcius hebben. Maar een voorwerp is normaal gesproken geen -273 graden. Hoe kan dat?

Reacties

Jan op 02 mei 2011 om 18:26

dag Dianne,

Ken je het atoommodel van Bohr een beetje? Elektronen in "schillen" rond de atoomkern? "Grondtoestand" betekent dat alle elektronen van een atoom in hun normale schil zitten. Dat is wel een evenwichtstoestand, maar om nou te stellen dat atomen dus normaal in hun grondtoestand zitten, nee. De schommel in de speeltuin hangt ook niet altijd doodstil recht naar beneden, door allerlei invloeden van buitenaf (beetje wind, een vogel die erop landt, een voetbal die er tegenaan schiet) beweegt dat ding meestal gewoon meer of minder rondom zijn evenwichtstoestand. Zo zit er door allerlei invloeden van buitenaf ook vaak genoeg een elektron niet helemaal op zijn plaats.

Dat heeft overigens niet zoveel te maken met de temperatuur van een stof. Dat heeft meer te maken met de bewegingen die atomen als geheel in een stof maken. Een foton invangen betekent voor een atoom lang niet altijd dat er een elektron uit zijn schil naar een hogere schil schiet. Vaker betekent het dat een atoom/molecuul als geheel wat harder op zijn plaats gaat trillen, daardoor de buuratomen/moleculen ook duwtjes geeft, en dat heftiger trillen van atomen nemen wij waar als een hogere temperatuur van die stof.

Bij 0 kelvin (-273,15°C) trillen atomen helemaal niet meer. Tja, stiller dan stil kan niet, en dus noemen we dat het absolute nulpunt.

Beetje duidelijker zo?

Groet, Jan

Theo op 03 mei 2011 om 12:06

Misschien dat bijgaande figuur ook helpt bij Jan's uitleg:

  • het macroscopisch gedrag van materiaal (bevriezen/smelten/koken en het gedrag van atomen daarbij waaruit het materiaal bestaat)
  • intra-atomair gedrag van electronen in banen rond een atoomkern en het opnemen/afstaan van energie bij het overspringen tussen de banen (als dat kan: er moet een vacante plek zijn in zo'n baan)

Bijlagen:

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft zeven appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)