hole in one

Lobke stelde deze vraag op 06 januari 2011 om 19:03.

Ik Moet voor anw de natuurkundige kant van golf benaderen, aan de hand van een voorbeeld wou ik wat natuurkundige berekeningen doen.

 

De speler moet 300 meter slaan om een hole in one te slaan. De horizontale verplaatsing moet dan 300 meter zijn. Het gewicht van het balletje is gemiddeld 46 gram. het balletje doet er 10 s over om er te zijn. Met welke kracht moet je slaan om een hole in one te halen geen rekening houdend met wind e.d.?

 

Ik had eerst zonder de tijd er bij gezet. toen kwam ik er niet echt uit. Ik had ook een verticale lengte van 3 m bij gezet alleen volgensmij heb ik dat niet nodig.

 

Ik zelf had tot nu toe dit: alleen volgens mij klopt het voor geen meter.

 

horizontale verplaatsing = 300 = v x t
v= 300 /10 = 30
a= v/ t
a= 30/t =3
F= m.a
0,046 x 3= 0,138 Newton

 

 

Reacties

Jan op 06 januari 2011 om 21:46

Lobke, 6 jan 2011

De speler moet 300 meter slaan om een hole in one te slaan. De horizontale verplaatsing moet dan 300 meter zijn. Het gewicht van het balletje is gemiddeld 46 gram. het balletje doet er 10 s over om er te zijn. Met welke kracht moet je slaan om een hole in one te halen geen rekening houdend met wind e.d.?


 

Dag Lobke,

Ik neem aan dat je dit sommetje zelf hebt verzonnen? Best knap.

De gegevens zijn niet helemaal verkeerd, alleen, je wil de KRACHT uitrekenen en daarvoor zul je dan uiteindelijk ook nog de contacttijd tussen bal en club moeten weten. Laten we die eens 0,05 s noemen.

Maar eerst maar eens berekenen welke snelheid de bal moet hebben bij vertrek. Je komt dan niet alleen toe met die 300 m in 10 s = 30 m/s. Want de bal gaat niet alleen horizontaal in een rechte streep, vanwege de aantrekkingskracht van de aarde zul je de bal schuin omhoog moeten slaan, zodat hij  in een boogje (een paraboolbaan) naar de hole kan vliegen. Je moet je bal dus ook in verticale richting een snelheid geven, en door die horizontale snelheid en verticlae snelheid vectorieel bij elkaar op te tellen kom je aan de "lanceer"snelheid.

In de natuurkundeboeken heet dat een schuine worp. Ik weet niet of dat ANW niet een tikje voorbij gaat.  Maar als je googlet met "schuine worp" vind je voorbeelden zát van dit soort sommetjes, misschien heb je daar genoeg aan.

Zo niet, ga hier gerust verder.  

Groet, Jan

Job op 08 januari 2011 om 13:38

Kan je niet gewoon dit doen:

x(t) = 1/2at² -> 300 = 1/2a100 -> a = 300/50 = 6 m/s²
Ftot = m x a = 0,046 x 6 = 0,276 N

?:)

Jan op 08 januari 2011 om 13:50

Job, 8 jan 2011

Kan je niet gewoon dit doen:

x(t) = 1/2at² -> 300 = 1/2a100 -> a = 300/50 = 6 m/s²
Ftot = m x a = 0,046 x 6 = 0,276 N

?:)

Nee, dat kan niet, omdat je nu veronderstelt dat die kracht de hele tien seconden werkt, alsof je vanaf de afslag tot aan de hole tegen dat balletje zou blijven duwen zogezegd.

Maar je geeft maar één kortdurende klap tegen dat balletje. Je zult echter in de 0,05 s of zoiets  dat het contact tussen balletje en club bestaat die bal voldoende snelheid (en in de goede richting, dwz schuin omhoog) moeten geven zodat de bal zonder verdere hulp die hole haalt.

Nogmaals, je zult rekentechnieken voor de zg "schuine worp" moeten toepassen.

Kun je bijvoorbeeld deze oplossen?

Een kanonskogel wordt op een vlak terrein afgevuurd met een snelheid van 100 m/s onder een hoek van 30° met de grond. Op welke afstand van het kanon slaat de kogel in?

Groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Roos heeft dertig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Roos nu over?

Antwoord: (vul een getal in)