wrijvingscoëfficiënt in een centrifuge

Jolien stelde deze vraag op 14 november 2010 om 19:36.

hallo, weet er mss iemand welke krachten er op dit vraagstuk inwerken. er is een wrijvingskracht aanwezig, maar welke kracht neutraliseert deze kracht?

 

een man bevindt zich met de rug tegen de binnenwand van een cilinder die roteert met een constante hoeksnelheid om een verticale as. de wrijvingscoef tss man en opp is 0.38 en r =4m. wat is dan de kleinste waarde van de hoeksnelheid W  waardoor de man niet naar beneden glijdt als zijn voeten niet meer ondersteund worden...

 

bedankt!

Reacties

Jan op 14 november 2010 om 20:02

Dag Jolien,

Betere vraag was  geweest "welke kracht wordt geneutraliseerd door de wrijvingskracht"

De zwaartekracht (cilinder staat verticaal, man zit als het ware tegen de cilinderwand geplakt door de wrijvingskracht en glijdt dus niet naar beneden).

Groet, Jan

Theo op 14 november 2010 om 23:00

Dit soort rotors (roterende cilinders) om je af en toe op een kermis tegen. Je staat erin, het geheel gaat steeds sneller draaien en op zeker moment klapt ineens de vloer onder je voeten weg en wonder boven wonder blijf je aan de wand gekleefd.

Je kunt het ook nog zien aan wasgoed in een centrifuge die van boven wordt geladen. Bij snel draaien wordt de was tegen de wand geduwd en draait mee. Bij afremmen zie je de was langzaam loskomen van de wand en naar beneden vallen.

Als je een krachtendiagram maakt zie je dat er krachten in 2 richtingen werken:

vertikaal:  de zwaartekracht (m.g) en tegengesteld de wrijvingskracht die probeert te verhinderen dat je langs de wand naar beneden glijdt. (Jan noemde dit al in het vorige antwoord)

horizontaal: de rotatie van de cilinder geeft een centripetale kracht op de persoon (m.v2/r = m.ω2.r ). Deze kracht wordt door de wand op de persoon uitgeoefend (anders ging hij door de wand heen) en is de normaalkracht.

Zijstapje: Een blokje op een horizontale tafel ondervindt van die tafel een normaalkracht N loodrecht omhoog (gelijk maar tegengesteld aan gewicht). Als je het probeert te verschuiven dan moet je tegen de wrijvingskracht in duwen (Fw = μ.N ). Het blokje verschuift niet totdat een maximale wrijvingskracht F = μsN wordt overwonnen.

Ditzelfde geldt ook voor de rotor. De cilinder moet snel ronddraaien (ω) zodat de normaalkracht van de wand voldoende groot wordt om de maximale wrijving μs.N te veroorzaken die voorkomt dat de persoon door de zwaartekracht (zijn gewicht) naar beneden zakt.

Als je moet uitgaan van het gewicht van de persoon, hoe kun je dan uiteindelijk de hoeksnelheid bepalen?

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft dertig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)