wanneer kleurenschifting?

Cees stelde deze vraag op 15 juli 2010 om 21:35.

Hallo ik heb een vraag over licht.

Wanneer een lichtstraal van b.v. lucht naar water over gaat vind er lichtbreking plaats. Voor lucht-glas geldt dat ook. Maar wanneer 'breekt' dit licht in diverse kleuren (zoals bij een prisma) en wanneer wordt het licht alleen maar een beetje 'in een andere richting gestuurd' dus dat witte licht blijft gewoon wit.

De wetten van Snellius praten niet over prisma-werking en licht-breking toch ?

Ik ben benieuwd !

 

 

Reacties

Jan op 15 juli 2010 om 22:41

Cees Bulker, 15 jul 2010

De wetten van Snellius praten niet over prisma-werking en licht-breking toch ?

Dag Cees,

Dat doen ze wél hoor. De brekingsindex van een stof is voor elke golflengte nét een tikje anders. Hoe verder naar het violet, hoe sterker de breking. Dat is nou precies de oorzaak van dat kleurschiftingseffect.

Heel erg groot zijn die verschillen niet. BINAS geeft in tabel 18B voor water een brekingsindex van 1,330 voor rood licht van 687 nm golflengte, en 1,341 voor violet licht van 434 nm.

Een klein verschil, maar de oorzaak van de schitterendste regenbogen!

Groet, Jan  

alec op 10 juni 2012 om 03:31

dankjewel voor je uiteg

in een -archetypisch- driehoekig prisma is er na de eerste breking dus ook al een kleurverschil, maar dit zie je niet goed -dus blijft wittig- omdat het verschil pas na de tweede breking voldoende vergroot wordt

toch?

 

groet,

alec

Jan op 10 juni 2012 om 10:02

zo is het precies. Een tweede breking (de "achterkant" van het prisma) is daarvoor eigenlijk niet eens nodig, het is maar een kwestie van ver genoeg achter het brekingsoppervlak kijken, totdat de kleurbanden ver genoeg uit elkaar lopen om de schifting te kunnen onderscheiden.  

Dit is dan ook een probleem in de fotografie. Wat in een prisma gebeurt of zelfs aan een vlakke glasplaat gebeurt dus ook in lenzen.

 http://nl.wikipedia.org/wiki/Chromatische_aberratie

Een samenstel van lenzen in een objectief moet dat probleem dan ook proberen te verminderen, tot beneden het oplossend vermogen van het negatief of, tegenwoordig, de pixelplaat. Maar vooral in groothoeklenzen is dat een ingewikkeld probleem om op te lossen.

Duidelijk zo?

Groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Ariane heeft acht appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Ariane nu over?

Antwoord: (vul een getal in)