Dag Joeri,

Een ooglens is (samen met de oogkamer ervoor) een ontzettend bolle lens.
Wat je ook met je ooglens doet, die kan nooit hol worden en dus gaan divergeren, laat staan te veel.

Accomoderen betekent de ooglens vanuit ontspannen toestand boller maken (minder bol maken vanuit ontspannen toestand lukt niet)

Uit je denkoefeningetje maak ik op dat Marjon met ongeaccomodeerd oog kijkt naar iets dat redelijk dichtbij is en dat tóch scherp ziet. (dat betekent dat ze bijziend is, maar dat terzijde).

denkpet op: Marjon ziet nú een scherp beeld (kortom, voorwerpsafstand, lenssterkte en beeldafstand passen netjes bij elkaar zodat een scherp beeld op haar netvlies ontstaat) : wat gebeurt er dan met dat beeld als ze zou accomoderen (lees: als ze dan aan aan de lenssterkte van haar ogen zou gaan prutsen)

laat je conclusie maar eens zien?

Groet, Jan

Dan wordt de beelafstand kleiner.

maar het antwoordt begrijp ik niet .

zou u misschien een conclusie kunnen trekken.

Alvast bedankt,

Dag Joeri,

Je denkt te moeilijk, te formeel.

Maar als we dan even op die weg doorgaan: ja, de beeldafstand wordt kleiner, prima. Maar wordt de afstand tussen Marjon's ooglens en haar netvlies (haar "scherm") óók kleiner? Nee.......

Wat zal Marjon dus zien als ze alsnog accomodeert?

Maar het oefeningetje is eigenlijk gewoon een kwestie van lezen: het beeld ís al scherp, ideaal eigenlijk dus. Het kán niet beter toch? Alles wat je vanaf die ideale situatie gaat veranderen kan de boel alleen maar verslechteren. Het helpt niet te accomoderen, want er valt niks te verhelpen. Zo simpel is het.
 
Duidelijk zo?

Groet, Jan