Minout
stelde deze vraag op
21 januari 2010 om 18:00.
Hoi, Wij zij nu bezig met een EXO voor Natuurkunde. Het onderwerp dat wij gekozen hebben is fosforescentie. Uit een experiment dat wij uitgevoerd hebben blijkt dat fosforescerend materiaal langer blijft stralen als je het beschijnt met licht van een kleinere golflengte.
Wij vroegen ons dan ook af hoe dit kan? Wel weten we dat licht met een kleinere golflengte een grotere fotonenergie bevat, maar dat verklaard voor ons nog niet waarom het daardoor langer licht geeft.
Hopelijk lan iemand deze vraag beantwoorden, alvast bedankt!
Reacties
JB
op
23 januari 2010 om 12:31
De overgangswaarschijnlijkheden spelen hier ook een rol.
Het gaat er in eerste instantie bij de belichting specifiek om welke overgangen tussen de elektrontoestanden worden aangeslagen en in welke mate. De golflengte van het invallende licht is daarbij een belangrijke parameter.
Wanneer je de lichtbron vervolgens uit wordt geschakeld vallen de elektronen weer geleidelijk terug naar lagere energietoestanden. Daarbij heeft elke specifieke overgang naar een lagere energietoestand z'n eigen overgangswaarschijnlijkheid. De overgangswaarschijnlijkheid is een maat voor het aantal "terugvalprocessen" per tijdseenheid voor de overgang in kwestie (vergelijk de situatie met radioactief verval). Als zodanig bepaald die overgangswaarschijnlijkheid mede de "nagloeitijd".