Dag Lisa,
Je hebt het grootste deel van de opgave al opgelost.
In plaats van Ee = c x m x ΔT ; 4,2 x 300 x 19 = 23940 J
zou ik noteren Q= c x m x ΔT = 4,2 x 300 x 19 = 23940 J
want je berekent hier de hoeveelheid warmte die door de dompelaar aan het water is toegevoerd.
Voor het rendement schrijven we η=E_nuttig/E_in (eventueel maal 100%).
Wat is in dit geval de nuttige energie E_nut?
En wat is de opgenomen energie E_in?
Groeten,
Jaap Koole

die 2 wist ik niet, en zo kon ik de rest van de vraag niet beantswoorden ! Ik heb geen idee hoe ik bij de nuttige en opgenomen energie moet komen !
kunt u mij misschien helpen,
of is er zonder andere gegevens geen oplossing mogelijk?

Dag Lisa,
Misschien denk je te moeilijk... De nuttige geleverde energie E_nut en de opgenomen energie E_in heb je namelijk al berekend.
Wat is het nut van een dompelaar? Welke energiesoort laat je hem leveren?
Welke energiesoort heeft de dompelaar nodig om te kunnen werken?
Groeten,
Jaap Koole

ik denk dat ik inderdaad te moeilijk denk,
maar ik snap het nog steeds niet
welke getallen zijn dan de E_nut en de E_in?

groeten Lisa

klopt het dat de E_nut 27000 J is en de E_in 300 W ?

en als het dat is,
hoe moet ik dan verder berekenen?

Dag Lisa,
Het nut van de dompelaar is dat hij een hoeveelheid warmte Q aan het water toevoert. Dus E_nut is niet de 27000 joule maar...
Als je de stekker uit het stopcontact haalt, doet de dompelaar het niet meer. De door de dompelaar opgenomen energie E_in is dus....
De waarden van E_nut en E_in heb je al in je eerste bericht berekend. Je moet ze alleen nog herkennen.
Pas op met je eenheden: 300 watt kan nooit een hoeveelheid energie zijn (maar is het vermogen).
Groeten,
Jaap Koole

Is het dan zo dat Enut= 23940 J

En Ein (wij zeggen Etot)= 27000 J

dat gedeelde door en dan x 100%

 

Gr. Janine

Dag Janine,

ja.

in dit geval 88,666.. procent dus, gezien de significantie van de gegevens afgerond op 89%.

Groet, Jan

 

hallo,

 

ik heb vorige week tijdens de natuurkunde lessen allerlei proefjes moeten doen onder andere: Het rendement van een waxinelichtje. Bij elke proef krijg je een heel bld met een paar vragen die je de eerstvolgende les moet inleveren. Ik loop bij de 1e 2 vragen echt helemaal vast. Overal op internet heb ik zitten zoeken naar antwoorden/hulp maar ik kan het nergens vinden tenminste denk ik dan. De 1e vraag luid:

 

De verbrandingswarmte van waxine is ongeveer 40000J/g. Leg uit wat hiermee bedoeld wordt.

 

Ik heb als antwoord op deze vraag: De warmte die vrijkomt bij de volledige verbranding van de waxine is ongeveer 40000 joules per gram. Klopt dit? of is dit echt helemaal fout?

 

 

De volgende vraag luid: Bereken hoeveel warmte door het waxine geleverd is.

 

Ik heb een aantal gegevens tijdens de proefjes op geschreven:

 

m(water) = 50g

 

m(waxine voor) = 12,2g

 

m(waxine na) = 12,2g

 

T(begin) = 18°C

 

T(eind) = 25°C

 

(driehoekje)Twater = 7°C

 

Ik kom er dus zoals te zien is echt niet uit en ineedhelp! :(

 

De verbrandingswarmte van waxine is ongeveer 40000J/g. Leg uit wat hiermee bedoeld wordt.

 Ik heb als antwoord op deze vraag: De warmte die vrijkomt bij de volledige verbranding van de waxine is ongeveer 40000 joules per gram. Klopt dit? of is dit echt helemaal fout?

 Je zegt precies wat er staat, ze zouden denk ik van ej willen horen dat dat betekent dat als je 1 g waxine volledig verbrandt dat er daarbij 40 000 J aan warmte vrijkomt. Zo, en nu staat hetzelfde er in 3 versies....

 De volgende vraag luid: Bereken hoeveel warmte door het waxine geleverd is.

 Ik heb een aantal gegevens tijdens de proefjes op geschreven:

• m(water) = 50g
• m(waxine voor) = 12,2g
• m(waxine na) = 12,2g
• T(begin) = 18°C
• T(eind) = 25°C
• ΔTwater = 7°C

 

Om te berekenen hoeveel warmte je water heeft opgenomen heb je vast een formule gekregen, Q= ......

 welke?

 van alles over warmte zo kort mogelijk op een rijtje:

 http://www.wetenschapsforum.nl/index.php?showtopic=121459

 Groet, Jan

hallo,

hartstikke bedankt, maar ik denk dat ik dan te moeilijk denk , want ik moet de vraag: Bereken hoeveel warmte door het waxine geleverd is. Klopt de formule luid: Q=c.m.(delta)T 

Als het goed is moet ik de Q (warmte) berekenen. de C weet ik niet , de M = 12,2g, de  (delta)T weet ik ook niet

 

Dus wat moet ik nou eigenlijk precies berekenen? 

sarab, 29 jan 2012

 Klopt de formule : Q=c.m.(delta)T 

Dus wat moet ik nou eigenlijk precies berekenen? 

Wat je moet berekenen staat in je vraag: de warmte die door verbranding van waxine is geleverd. Die is, in theorie, gelijk aan de warmte die door het water is opgenomen.

Dus pas je die formule toe op de stof waarvan je zowel c, m als ΔT kent: je water.

Overigens, allerlei vreemde karakters, ook die Δ, vind je onder het Ω-knopje rechtsonder als je een bericht typt.

Groet, Jan

 

ik moet weten hoeveel energie mijn waxinelichtje in 10 min heeft geproduceerd door in het begin en inde te wegen 

bij elke gram wordt 30kJ gepoduceert

m1 /115,68

m2 /113,70

HOE moet ik het gepoduceede energie berekenen?

 

Dag lili,

Ik denk dat je je een beetje laat overdonderen door wat lastig lijkende getalletjes, en van dei "vage" eenheden als energie en zo.

Laat me eens een vergelijkbaar sommetje geven rondom iets tastbaarders.

Iedere keer als ik een reep chocola uit de kast pak kom ik 100 gram aan.

Gisteren lagen er nog 31 repen in de kast, nu nog maar 27.

Hoeveel gram ben ik aangekomen?

Hoe bereken je Eop?

 

Dag Deli,

 

dat kun je op verschillende manieren aanpakken

+++++++++++++++++++  (1)  ++++++++++++++++++

de totaal opgenomen energie noemen we altijd 100 % . 

stel dat je rendement 75% is, en dat je nuttig afgeleverde energie Eaf 3000 J was. 

als 3000 J gelijkstaat aan 75 %, hoeveel joule staat dan gelijk aan 100 %? 

 

++++++++++++++++++++  (2)  +++++++++++++++++++

Je kunt de formule uit BINAS verbouwen

$$ \eta = \frac {Eaf}{Eop} \times 100% $$

misschien vind je dat moeilijk omdat dit een formule met 4 getallen is, zodat je niet meer met je 6-3-2 truukje of het formuledriehoekje kunt werken? 

Bedenk dan dat je die formule ook zo mag schrijven:

$$ \eta = \frac{(Eaf \times  100)}{Eop} % $$

of zo:

$$ \eta = Eaf \times (\frac{100}{Eop}) % $$

wat tussen haakjes staat kun je dan altijd alvast uitrekenen en dan heb je maar drie getallen meer over om je formuledriehoekje of 6-3-2 truukje op toe te passen.

 

+++++++++++++++++++++  (3)  ++++++++++++++++

 gebruik een verhoudingstabel:

 

+++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++

Probeer maar eens, of kom anders eens met een voorbeeld waar je niet uitkomt. Geef dan wel graag de hele en de letterlijke opgave.

Helpt dit?

 

groet, Jan