druk / ondergrond / decubitus

Ronald stelde deze vraag op 26 februari 2009 om 13:01.
Wij verkopen Anti decubitus matrassen.
Als deze getest worden meet men altijd de druk cq drukverdeling van het matras.

Nu heb ik geleerd van Dr J. Spahn dat de hoeveelheid druk in principe niet interessant is. Het gaat volgens hem om het type druk. Volgens Spahn geven alleen water of lucht een loodrechte tegendruk en kunnen dus alleen matrassen van water of lucht decubitus (tijdelijke bloedeloosheid van de weefsels) voorkomen.
Tempur bijvoorbeeld verdeeld de druk heel goed, maar geeft niet de juiste tegendruk. volgens Spahn

Hij heeft met MRI beelden aangetoond dat zijn theorie werkt.

Wij hebben dat nu vertaald dat je rechte druk, schuine druk en trekkrachten hebt op een ondergrond. Het is echter zeer verwarrend voor de artsen en verpleegkundigen. Die snappen het begrip schuine krachten niet.

Weet iemand hier meer van en kan iemand mij helpen de theorie beter te verwoorden?

Ronald den Breejen

Reacties

Jan op 27 februari 2009 om 15:42
Ronald den Breejen, 26 feb 2009
Wij hebben dat nu vertaald dat je rechte druk, schuine druk en trekkrachten hebt op een ondergrond.

Dag Ronald,

NB: Ik wil geen enkel waarde-oordeel uitspreken m.b.t. die Dr J. Spahn en/of diens concepten. Ik wil ook absoluut niet dat je stukjes uit onderstaand verhaal buiten hun context in een of ander verkoopverhaal gaat gebruiken. Probeer er alsjeblieft ook niet in te lezen wat er niet staat. Het gaat even zuiver over het natuurkundige concept "druk" en de verdeling daarvan in sommige stoffen. 

"Type" druk is trouwens een rare uitdrukking (pun not intended). Druk is druk, en dat is gewoon de kracht die op een bepaalde oppervlakte wordt uitgeoefend. Meer kracht op eenzelfde oppervlakte geeft een hogere druk, dezelfde kracht op een kleinere oppervlakte geeft ook een hogere druk. Met "rechte" druk en "schuine" druk kunnen we  natuurkundig ook niks. Ik kan me wel voorstellen wat er bedoeld zou kunnen worden, maar zie in het verhaal rond matrassen geen zinnige toepassing hiervan. 

In een vloeistof of een gas zijn er maar kleine krachten tussen de moleculen onderling. Alle moleculen zijn permanent in beweging, en kunnen alle kanten op, ze hebben geen vaste plaats t.o.v. elkaar.

Beschouw moleculen even als kleine knikkertjes. Duw in een bak met knikkers een knikker naar beneden, deze wringt zich tussen de andere knikkers. Hij duwt tegen de andere knikkers, oefent er druk op uit. Die andere knikkers moeten wel opzij, en daarvoor duwen ze weer tegen hun buren.

Zie afbeelding voor het effect:



De druk in een vloeistof of gas werkt uiteindelijk álle kanten op. Kun je ook mooi zien als je een grote pan half vult met water, en er dan een kleinere pan in naar beneden duwt. Waar de watermoleculen kunnen (tussen de twee pannen in) worden ze zelfs omhoog geduwd, ondanks dat jij de kleine pan naar beneden duwt.

Stop je dus een vloeistof in een vat, en ga je ergens in dat vat een druk uitoefenen, dan komt diezelfde druk over héél de wand van dat vat terecht, overal gelijk, en overal loodrecht op die wand. Dat wil dus zeggen dat de kracht op élke cm² contactoppervlak even groot is. Dit principe wordt bijvoobeeld handig gebruikt in een hydraulische krik.

Dat wil overigens nog niet zeggen dat bijvoorbeeld een waterbed overal een gelijke druk op je lichaam uitoefent. Héél veel zal afhangen van de eigenschappen van het omhullende materiaal. Als je de bovenzijde van een waterbed strak opspant lig je bij wijze van spreken weer net zo slecht als op een plank. Hier gooien dus de trekkrachten tussen de moleculen van je omhullende materiaal weer roet in het eten. Een écht gelijke druk bereik je pas als de moleculen van dat omhullende materiaal net zo weinig krachten op elkaar uitoefenen als het water zelf. En dat zou betekenen dat je er helemaal in zou zakken.

Zou je gaan liggen op een bed dat bijvoorbeeld slechts uit 1000 onafhankelijke verticale (spiraal)veren bestaat, dan duw je alle veren waar je contact mee maakt naar beneden. Op een goed moment duwt elke veer even hard terug naar boven als dat je erop duwt. Dan lig je stil. Maar een veer duwt harder naarmate ze verder ingedrukt wordt. Op een plaats van je lichaam die een veer ver induwt is de druk dan groot. Zo'n veer zal niet zijdelings kunnen duwen om buurveren naar boven te duwen, zodat die ook verder zouden worden ingedrukt en zo een even grote druk zouden geven ("meehelpen dragen").

Schuimmatrassen mag je dan toch weer niet beschouwen als bedden met bijvoorbeeld een miljoen verticale spiraalveertjes. Want in schuimmatrassen zijn die "veren" toch wél ook zijdelings verbonden, zodat de "buren" ook gaan meehelpen. Verder geldt hier niet lineair dat hoe verder een "veer" wordt ingedrukt hoe harder hij terugduwt. Vooral traagschuimmatrassen zijn zo heel goed in het herverdelen van kracht- (en dus ook druk-)verschillen.  

Hoe dan ook, geen énkele reële matras zal een perfect gelijke druk overal op het lichaam uitoefenen, ook die van Spahn niet. De ene techniek zal dat allicht beter benaderen dan de andere. Of die van Spahn dat beter doet dan bijvoorbeeld een traagschuimmatras, geen idee. Een waterbad (geen bed) is hoe dan ook het beste. Wordt voorzover ik weet óók toegepast in de medische wereld, bijvoorbeeld voor brandwondpatiënten.

Groet, Jan.
Ronald op 06 maart 2009 om 12:40

Dag Jan,

Heel hartelijk dank voor je uitgebreide antwoord.

Begrijp ik het goed dat ik moet communiceren dat het gaat om de loodrechte druk?

Dus alleen drukverdelen is niet voldoende. Het gaat er om dat de patient licht op een ondergrond die een loodrechte tegendruk geeft.

Het materiaal dat om het luchtmatras zit kan de werking van die loodrechte negatief beinvloeden.

Wat vind je van het bewijs met MRI beelden?
Hierdoor kan je zien hoe het lichaam vervormt op bijvoorbeeld een foam matras of een gel matras?

Als we onze presentatie af hebben wil je er dan nog eens naar kijken. Dit om te beoordelen of het verhaal klopt en we de juiste termonologie gebruiken?

Bedankt,

Ronald

Jan op 06 maart 2009 om 20:03


Dus alleen drukverdelen is niet voldoende. Het gaat er om dat de patient licht op een ondergrond die een loodrechte tegendruk geeft.

Geen idee, ik ben geen medicus. Alleen, een mens heeft rondingen, en ik kan me voorstellen dat, als je niet één plaats sterker wilt indrukken dan een andere, dat een drukverdeling zoals IN een vloeistof dan het beste is. En daar stat de kracht dan altijd loodrecht op het contactoppervlak. Dat is natuurkundig zinnig.

Het materiaal dat om het luchtmatras zit kan de werking van die loodrechte negatief beinvloeden.

Kan niet anders dan dat doen. In hoeverre een tot op zekere hoogte ongelijk verdeelde druk medisch nadelig is, geen vaag idee.

Wat vind je van het bewijs met MRI beelden? Hierdoor kan je zien hoe het lichaam vervormt op bijvoorbeeld een foam matras of een gel matras?

Welk bewijs? En dan nog, zelfs al zou ik de beelden zien, geen idee hoe ik ze zou moeten interpreteren. Op het moment dat je natuurkunde gaat toepassen op het menselijk lichaam wordt het ineens een heel specialistisch vakgebied

Als we onze presentatie af hebben wil je er dan nog eens naar kijken. Dit om te beoordelen of het verhaal klopt en we de juiste terminologie gebruiken?

Liever niet. Dat komt al gauw een beetje neer op "fiatteren" en daartoe voel ik mij niet bekwaam.

Groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft vijf appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)