P,V diagram: V is abcis, P ordinaat

C          B

A           D

2 paden: ACBA en ADBA

Van A naar C is dus een isochoor proces, van C naar B is dus een isobaar proces, analoog voor andere respectievelijke paden.

Hoeveel warmte wordt uitgewisseld bij de overgang van A naar B via D als hierbij 10 kJ aan arbeid verricht wordt door het systeem? Wordt deze warmte opgenomen of afgegeven door het systeem?

Q_{AB via D} = ……………………….   .

opgenomen/afgegeven door systeem (schrap wat niet past)

b)     Wat is het verschil in entropie-verandering wanneer de overgang van A naar B hetzij via C, hetzij via D verloopt?

DS_{AB via C} – DS_{AB via D} = …………………

c)      Bereken de afzonderlijke bijdragen in de uitgewisselde warmte van de subprocessen AD en DB

Q_AD = ………………………..  ; Q_DB = ………………………..

d)     Hoeveel warmte wisselt het systeem uit met de omgeving wanneer het vanuit toestand B terugkeert naar toestand A via de gebogen weg, waarbij 20 kJ arbeid verricht wordt op het systeem? Wordt deze warmte opgenomen of afgegeven door het systeem?

Q_{BA via gebogen weg} = ………………………; opgenomen/afgegeven door systeem (schrap wat niet past)

Dag Jozefien,

Als het volume van een systeem toeneemt, moet het dingen in zijn omgeving wegduwen. Het systeem oefent dan arbeid uit op zijn omgeving.

De SI eenheid van druk is pascal, oftewel N/m²

De SI eenheid van volume is m³

vermenigvuldig die 2 met elkaar, p·ΔV, N/m² x m³ = Nm³/m² = Nm = J.

IN een pV diagram geeft de oppervlakte onder de grafiek dus de hoeveelheid arbeid (W) in joule.

kijken we in jouw diagrammen, en bladeren we dan eens door de gegevens, dan kunnen we al eens een en ander concluderen omtrent de arbeid. 

Bedenk dat de "slinger" die het proces maakt van B naar A de vierhoek ABCD schitterend netjes in twee gelijke oppervlakken opdeelt.

Beginnen er lampjes te branden?

Groet, Jan