macht van 10?

Ik stelde deze vraag op 12 augustus 2008 om 19:42.

Hallo Mensen,

 Ik heb  een vraagje over natuurkunde.

Op dit moment is het onderwerp over machten van 10 e.d., hoe op de rekenmachine te gebruiken enzovoorts.

Maar ik kwam op een probleempje toen ik een opdracht aan het maken was.

Ik snap namelijk niet wat een afzonderlijke factor als macht van 10 is...

Zou iemand mij dit alsjeblieft (kort) uit willen leggen, want zo kan ik niet verder...

 

Alvast bedankt! xx

Reacties

Jan op 12 augustus 2008 om 19:58

Dag Jij,

Kun je ons daar wat context bij geven? De hele alinea/opgave waarin dat stukje zin een afzonderlijke factor als macht van 10  voorkomt of zo ? Dan kunnen we waarschijnlijk wel  afleiden wat ermee wordt bedoeld. Het is ongetwijfeld iets simpels, maar zo kaal zie ik het niet.  

Groet, Jan

ik op 12 augustus 2008 om 20:49

De vraag bevat 2 vermenigvuldigingen en een deling. En bij elk moet je de afzonderlijke factoren als macht van 10 schrijven. Daarna de berekening uitvoeren en de uitkomst als machten van 10 schrijven.

 

( 0.04 x 200 )

( 250 x 6000 )

( 8400 / 0.0012 )

Jan op 13 augustus 2008 om 01:00

in het sommetje 0,04 x 200 zijn 0,04 en 200 'factoren'.

Het woord afzonderlijke heeft hier geen speciale natuurkundige of wiskundige betekenis, je zou ook kunnen zeggen: 'elk van de factoren'

0,04 schrijven als macht van tien betekent dat je het zo moet schrijven dat er één cijfer ongelijk aan nul vóór de komma staat, en dat vermenigvuldigt met een macht van tien zodat het toch weer de oorspronkelijke waarde heeft. Zoiets heet dan ook wel de wetenschappelijke notatie van dat getal.

0,04 wordt dan in wetenschappelijke notatie 4·10-2 , 200 wordt dan 2,00·102 . De uitkomst wordt dan 8·100 of eenvoudigweg 8.

 Duidelijk zo?

Groet, Jan

Ik op 13 augustus 2008 om 21:20

Hoii.

 Ja is snap alles wat je zegt.

Maar voor alle zekerheid; een som als afzonderlijke factor als macht van 10 schrijven, is dus eigenlijk de som als wetenschappelijke notatie schrijven?

 

Heel erg bedankt in ieder geval voor je hulp!

Jan op 13 augustus 2008 om 22:44

Je bent zo te lezen toch nog wat in de war met dat "afzonderlijk". Maar nogmaals, dat betekent hier niks bijzonders eigenlijk.

Wat ze in simpele woorden van je vragen:

Schrijf de getallen in deze opgave als machten van tien, en geef de uitkomst ook als een getal met een macht van tien.

In de wetenschap wordt dat ook wel de wetenschappelijke notatie genoemd. En dat wordt gebruikt om de nauwkeurigheid van een getal beter aan te duiden. Je zou bijvoorbeeld kunnen zeggen dat er in Nederland 16 000 000  mensen wonen. Maar daarmee zeg je eigenlijk : " niet 16 000 001, ook niet 15 999 999, maar 16 000 000." Dat is véél te precies.

Nou zijn het er maar ongeveer 16 miljoen. Van die 1 ben je zeker, van die 6 ook nog ongeveer, (je weet dat 15 miljoen te weinig is, maar 17 miljoen teveel)  maar van de rest?? Nee dus. Een wetenschapper zegt dan dat Nederland 1,6 · 107 inwoners heeft.

De afspraak is daarbij om altijd één cijfer voor de komma te zetten, de andere cijfers waarvan je nog zeker bent erachter. Het laatste cijfer dat je geeft is dan 'ongeveer'. Wil je bijvoorbeeld zeggen dat Nederland ergens tussen de 16 350 000 en 16 450 000 inwoners heeft, dan schrijf je dat als 1,64 · 107 .

Zo duidelijker dan?

Groet, Jan

Ik op 14 augustus 2008 om 17:28
Ja, bedankt.
Marissa op 11 december 2008 om 16:27
hoe schrijf je 2672,6 dan als macht van 10
Jan op 11 december 2008 om 16:55

Dag Marissa,

2672,6 zou je kunnen schrijven als 276,26 x 101, of als 27,6 x 102. Zo schrijf je getallen als machten van tien.

Maar wat jij waarschijnlijk bedoelt is om het in de wetenschappelijke notatie te schrijven?
Daarbij komt dan nog de afspraak om altijd één en hoogstens één cijfer ongeljk aan nul vóór de komma te plaatsen.

2672,6 wordt dan 2,6726 x 10...

Hoe schrijf je nou 14 miljoen in wetenschappelijke notatie denk je?
Groet, Jan

ikkuuh op 22 januari 2009 om 16:38
kan iemand mij even uitleggen waar dit over gaat. ik moet nu voor natuurkunde voor een toetsweek leren. die hoofdstukken gaan over soortelijke warmte, maar dan moet ik die ook zo opschrijven..
ik heb ze als volgt in een tabel staan:
alcohol: 2,4
aluminium:0.88
benzeen:1.71
glas:0.80
glycerol:2.43
ijzer0.46
koper:0.39
kwik:0.14
lood:0.13
melk:3.9
olijfolie:1.7
water:4.2
zand:0.80

dan staat er bovenaan in de tabel bij de getallen : soortelijke warmte c in ·10^3J/(kg·°C)

kan iemand me uitleggen wat hier die gegevens zijn met die ·10
ik snap het niet helemaal
HEELP
en ik sta al onvoldoende.....
:) bedankt alvast;)
Jan op 22 januari 2009 om 17:59

dag Ikkuuh,

$$ 4,5 \cdot 10^3 = 4,5 \times 10^3 = 4,5 \times 10 \times 10 \times 10 = 4,5 \times 1000 = 4500 $$

$$ 4,5 \cdot 10^{-3} = 4,5 \times 10^{-3} = \frac{4,5}{10^3} =\frac{4,5}{10\times 10 \times 10 }= \frac{4,5}{1000} = 0,045 $$

Schept dit voorbeeld al wat duidelijkheid??

Groet, Jan

ikkuuh op 22 januari 2009 om 18:19
niet echt sorry
Jan op 22 januari 2009 om 19:18
Goed, even kijken waar we staan.

Weet je wat 5² betekent, en 7³ bijvoorbeeld?
ikkuuh op 22 januari 2009 om 19:27
ja dat weet ik.. 5^5 is 5x5x5x5x5x5
:)
Jan op 22 januari 2009 om 20:34
pardon, 5-je teveel.
55 = 5 x 5 x 5 x 5 x 5

 Dus $$ 10^3 $$ is 10 x 10 x 10 = 1000.

$$ 2 \cdot 10^3 $$ kent dan nog die griekse middelhoge punt " · " als andere manier van schrijven van " x " .

$$ 2 \cdot 10^3 $$ betekent dus niets anders dan 2 x 10³ ofwel 2 x 1000 ofwel 2000.
ikkuuh op 23 januari 2009 om 16:48
dus eigenlijk gewoon een andere manier van dat je van kg  naar gram gaat?????
Jan op 23 januari 2009 om 17:56
In zoverre als dat het een andere manier van schrijven is, ja.

2·103 g of 2 kg betekent hetzelfde

7,54·10-3 L is ook weer  hetzelfde als 7,54 mL.

4,5·106 J of 4,5 MJ betekent eigenlijk ook hetzelfde, alleen is dat eigenlijk weer nét niet hetzelfde als 4 500 000 J. Dat heeft dan met nauwkeurigheid te maken.
Als je dat opschrijft als 4 500 000 J, dan suggereer je dus dat je héél nauwkeurig hebt gemeten, niet verder mis dan een halve joule meer of minder,
en dat het dus wel ergens tussen 4 499 999,5 en 4 500 000,5 J moet zijn, 
Da's wel héél precies, een halve joule meer of minder op viereneenhalf miljoen.

En dat is dan ook de reden dat we die voorvoegsels , mega-, milli-, centi- en zo gebruiken. Of, daarvoor in de plaats, die tienmachten.
4,5·106 J of 4,5 MJ betekent dan dat we echt niet zó nauwkeurig weten, en dat we er best wat duizenden joules naast kunnen zitten.
4,5 MJ betekent dan zoiets als  "het moet ergens tussen 4 450 000 en 4 550 000 J in zitten".
4,50 MJ (een nulletje nauwkeuriger) betekent dan zoiets als " het moet ergens tussen 4 495 000 en 4 505 000 J in zitten".

Duidelijk zo?

Groet, Jan
ikkuuh op 23 januari 2009 om 18:27
ja, dankjewel:D
het heeft me erg geholpen..
en nou maar hopen op een voldoende
Jan op 23 januari 2009 om 20:10
Als je hier eens kijkt wordt het misschien nóg duidelijker:
http://www.wetenschapsforum.nl/index.php?showtopic=42099

Groet, Jan

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Roos heeft dertig appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Roos nu over?

Antwoord: (vul een getal in)