Spankrachten in hijsbanden

P.E. stelde deze vraag op 01 februari 2015 om 12:47.

Mijn vraag heeft met spankrachten te maken.
In ons bedrijf maken wij gebruik van spanbanden om vracht te fixeren.
Zware vracht wordt op opbouwplaten geplaatst, waarna met spanbanden de vracht
wordt vastgezet. De spanbanden worden aan beide uiteinden 'gelocked' op de rand
van de opbouwplaat.

De vraag gaat over de spankracht van de spanbanden.

In de bijlage heb ik verschillende situaties en een voorbeeld gegeven.
Mijn vraag is wat de formule is bij elk gegeven situatie A, B en C.
En wat de spankracht is bij het voorbeeld.

Ben benieuwd....

Groet, Teuben

Bijlagen:

Reacties

Jan van de Velde op 01 februari 2015 om 13:18
dag P.E. Teuben



Algemeen geldt F=m·a . In dit geval gaat het om de zwaartekracht, en is de versnelling a gelijk aan de zwaartekrachtversnelling g, op aarde ruwweg gelijk aan 10 m/s². In de formule massa invullen in kg. 

Principe:
  1. de last verandert niet van snelheid of richting, 
  2. DUS is de NETTOkracht 0 N
  3. DUS is de spankracht gelijk aan de zwaartekracht, maar tegengesteld van richting
bereken nu dus de spankracht A.

B: je weet uit het dagelijks leven dat als je met zijn vieren een tafel optilt dat je elk maar ¼ van het gewicht van de tafel draagt. 
Bepaal op basis van die logica nu de spankracht in B (en C)

Groet, Jan
P.E. op 01 februari 2015 om 13:40
Hallo Jan,

allereerst bedankt voor de snelle reactie.
Bij B zou dus de spankracht van elk individuele spanband (FS1 en FS2) ieder 1500x10= 15000N zijn. Maar bij C hebben we 1 enkele spanband; is de uitkomst van de spanband dan hetzelfde als bij B of wordt het FS1+FS2?

Groet, Eddy
Jan van de Velde op 01 februari 2015 om 14:20
Is inderdaad voor 99% van degenen die hiermee voor het eerst geconfronteerd worden contra-intuïtief.

Hieronder een serie opeenvolgende plaatjes:



(NB: spijker of knoop hijsbanden NOOIT!!!
bovenstaande afbeeldingen zijn slechts bedoeld ter illustratie van een natuurkundig principe)

  • C1: je intuïtie zegt dat dat niet mag verschillen van situatie B (en je intuïtie is correct)
  • dan gaan we vervolgens logisch blijven nadenken:
  • C2: beiden zitten nog steeds aan de kist vast, mag dus niks verschillen van C1
  • C3: dan kan ik ze ook net zo goed met één en dezelfde spijker vastzetten
  • C4: of ze nou via één en dezelfde spijker aan elkaar trekken,  of rechtstreeks aan elkaar geknoopt mag dan ook niks uitmaken
  • C5: aan elkaar geknoopt of tot één band samengeweven mag dan ook geen verschil maken. 



Zo komt je intuïtie via opeenvolgende logische stapjes tot een heel andere conclusie dan via een grote sprong :) .

zie ook hijsbandtabellen ter praktische bevestiging van bovenstaande:





Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Noortje heeft vijf appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Noortje nu over?

Antwoord: (vul een getal in)