Hallo,
Volgens verschillende bronnen geldt de Wet van Toricelli, die zegt dat de uitstroomsnelheid in een vat gegeven wordt door v = √2·g·?h , enkel onder de voorwaarde dat het uitstroomoppervlak te verwaarlozen is ten opzichte van het oppervlak van de doorsnede van het vat. Mijn vraag is waarom dat zo is, immers uit de afleiding uit de Wet van Bernouilli volgt:
p + ρ·g·h + ½·ρ·v² = p. + ρ·g·h. + ½·ρ·v.² | v. >> v
g·?h = ½·v.²
v. = √2·g·?h
Hierin komt de term oppervlak helemaal niet voor. Dus waarom de voorwaarde?
Met vriendelijke groet en bij voorbaat dank,
Philip Voets