Wet van Torricelli

Philip stelde deze vraag op 24 maart 2008 om 20:23.

Hallo,

 Volgens verschillende bronnen geldt de Wet van Toricelli, die zegt dat de uitstroomsnelheid in een vat gegeven wordt door v = √2·g·?h , enkel onder de voorwaarde dat het uitstroomoppervlak te verwaarlozen is ten opzichte van het oppervlak van de doorsnede van het vat. Mijn vraag is waarom dat zo is, immers uit de afleiding uit de Wet van Bernouilli volgt:

 p + ρ·g·h + ½·ρ·v² =  p. + ρ·g·h. + ½·ρ·v.² | v. >> v 

 g·?h = ½·v.²

v. = √2·g·?h

Hierin komt de term oppervlak helemaal niet voor. Dus waarom de voorwaarde?

 Met vriendelijke groet en bij voorbaat dank,

 Philip Voets

Reacties

Philip op 24 maart 2008 om 20:25
Of heeft dit misschien te maken met het verwaarlozen van de snelheidterm in het linkerlid van de vergelijking en de relatie daarvan met de continuïteitsvergelijking? Dat schoot me net te binnen (maar misschien is het pure onzin).
Jan op 26 maart 2008 om 21:47

Dag Philip,

Da's hem helemaal. De stroomsnelheid in het grote vat is dan verwaarloosbaar in Bernoulli.

Groet, Jan

Philip op 27 maart 2008 om 16:34
Oke, merci!

Plaats een reactie

+ Bijlage

Bevestig dat je geen robot bent door de volgende vraag te beantwoorden.

Clara heeft zeven appels. Ze eet er eentje op. Hoeveel appels heeft Clara nu over?

Antwoord: (vul een getal in)