Ja, ik geloof dat als ik je vraag goed begrijp je gelijk hebt. De arbeid die de wrijvingskracht verricht is tegengesteld aan de arbeid die de kracht naar voren verricht. Namelijk:
W= F . S . cos
α
En aangezien de wrijvingskracht en de kracht naar voren precies de andere kant op wijzen, maken ze een hoek van 180°.
De cosinus van 180° is -1 en dus is de arbeid tegengesteld gericht.
Een andere manier waarop je dit uit zou kunnen leggen is (net als net) dat de krachten tegengesteld zijn aan elkaar. Als je de voorwaatse kracht dan positief rekent, kun je de wrijvingskracht negatief rekenen. De uitkomst zal ook dan negatief zijn.
Ik hoop dat ik het zo goed uitleg maar ik denk dat dit in je natuurkundeboek ook wel uitgelegd wordt.